Rani werd door adoptieouders misleid over biologische moeder
Door haar adoptievader werd Rani opgehaald in India. “Ik had lintwormen in mijn darmen toen ik België binnenkwam. Naar alle waarschijnlijkheid was ik ziek en heeft mijn biologische moeder mij daarom moeten afstaan ”, zegt Rani.
Met haar adoptievader had ze aanvankelijk een goede band, die ze met haar adoptiemoeder nooit kreeg. “We probeerden deze band wel te krijgen door samen uitstapjes te maken, maar ze voelde nooit als mijn ‘echte’ moeder”, zegt Rani. Als vierjarige besefte ze al dat dit niet haar biologische ouders waren. “Mijn huidskleur was anders en ik werd gedwongen om papa en mama te zeggen.”
"Ik werd opgesloten in een tuinhuis."
Al vrij snel sloeg ook de verhouding met haar vader om en ontstond er een gespannen sfeer binnen het gezin. Rani groeide naar haar zeggen op in een liefdeloos gezin. “Ik werd op verschillende fronten mishandeld : geslagen, opgesloten in een tuinhuis en ik moest enkele keren in bad of de garage slapen van mijn vader. Soms praatte mijn vader dagen niet tegen mij. Hij zei dat ik niets kon en onhandelbaar was.”, zegt Rani.
De vrouw had het gevoel dat ze al die jaren als pronkstuk werd gebruikt. Haar adoptieouders hadden al twee zonen, maar wilde graag nog een dochter. “Een kind uit India was in die tijd een hype. Ik denk dat mijn adoptievader mij als een trofee zag. Zo van, kijk, ik heb een meisje uit een arm land gered”, zegt Rani.
De ruzies met de adoptieouders zorgden ervoor dat ze steeds meer naar haar eigen biologische moeder begon te verlangen. “Sinds ik zelf kinderen heb, merk ik hoe belangrijk het is om te weten wie mijn ouders zijn en waar ik geboren ben. Ik zou geen rust hebben als ik het niet zou weten”, zegt Rani. Ze miste haar biologische moeder heel erg en schreef daarom een ontroerend lied over haar.
Vorige week kreeg Rani, na zestien jaar geen contact te hebben gehad met haar adoptieouders, te horen dat haar biologische moeder nog leeft. “Toen ik 13 was, gingen mijn ouders naar India en hoorde zij van het kindertehuis dat mijn moeder nog leefde, maar ongehuwd was”, zegt ze.
Haar ouders hadden het haar bewust niet verteld, omdat ze dachten dat Rani er niet klaar voor was. “Mijn adoptieouders hebben dit jaren voor mij verborgen gehouden. Zij dachten dat ik nooit zou gaan zoeken naar mijn biologische moeder."
Maar Rani had altijd al een vermoeden dat haar moeder nog zou leven Daarom richtte zij met haar man John enkele maanden geleden een stichting op, zodat moeders in India hun kinderen kunnen vinden en andersom.
"Mijn moeder werkte op een theeplantage."
Via de stichting is de zoektocht naar haar moeder in volle gang gezet. "Ik weet nu bijna zeker dat mijn moeder werkte op een theeplantage en dat ik ben opgevangen door nonnen", zegt Rani. Zij en haar man John zijn daarnaast blij met de erkenning van commissie-Joustra, die onderzoek deed naar fouten van interlandelijke adopties. "Ook bij Rani kunnen veel fouten zijn gemaakt, daar proberen we nu achter te komen", zegt John.
Voor stichting Rani wordt een aantal bestuursleden gezocht. "Zonder dit bestuur kan de stichting niet voortbestaan”, aldus Rani.