Alleskunner Van der Poel rijdt dit jaar de Tour en wil goud pakken in Tokio
"Het is een lastige route naar de Spelen door ook de Tour de France te rijden. Maar het is belangrijk voor het team en de sponsoren dat ik meerijd in de Tour dus overslaan is geen optie", zegt hij. Onduidelijk is of hij de vaak loodzware Tour ook uitrijdt. "Maar ik zal de Spelen wel in het achterhoofd houden," geeft hij zijn prioriteit aan.
Van der Poel reed bijna twee jaar geleden zijn laatste mountainbikewedstrijd, totdat hij afgelopen weekend weer aan de start van een World Cup stond. In Albstadt werd hij afgelopen zondag zevende.
Toch was hij tevreden. "Als ik het iets slimmer aanpak kan ik langer met de kopgroep mee, maar dit was voor mij een geschiktere optie om beter te worden naar wat komen gaat. Ik hoop dat het in Nove Mesto komend weekend een beetje beter zal zijn."
Hij rijdt de twee wereldbekermanches MTB om punten te verzamelen die hem bij de olympische mountainbikewedstrijd een goede startpositie moeten opleveren. Hij wil graag in de eerste rij starten omdat dat de meeste kans geeft op goud.
"Niet de eerste keer dat ik last van rug heb."
Na afloop van de race in Duitsland sprak de Nederlander over rugproblemen. "Het is niet eerste keer dat ik daar last van heb. De eerste keer anderhalf uur bergop in die mountainbikepositie bergop, en dan moet je veel kracht vanuit je rug zetten. De voorbereiding na een korte pauze na de Ronde van Vlaanderen was ook best kort."
"Enkele zware trainingen nodig."
Straks in juli kent Van der Poel eenzelfde switch van de wegfiets naar de mountainbike. De Nederlands kampioen voorziet daarin en zal in de komende hoogtestage de trainingen op de wegfiets afwisselen met die op de mountainbike.
"Daarna zal ik er ook nog af en toe op trainen en na de Tour zal ik tot aan de Spelen alleen op de mountainbike rijden. Ik heb enkele zware trainingen nodig om weer aan die positie gewend te raken. Nu heb ik tussendoor ook op de wegfiets getraind."
Over zijn plan na de Olympische Spelen is Van der Poel duidelijk. Tegen de NOS zegt hij: "Ik wil in elk geval tot Parijs 2024 naast wegwielrennen ook blijven mountainbiken en veldrijden."