Hoi-Shan maakte coronawoordenboek en ziet op tegen einde maatregelen
Toen we met z’n allen in lockdown zaten, deed Hoi-Shan wat we allemaal deden: ze maakte een wandeling. Van haar huis in Tilburg-Noord liep ze naar kennissen die aan de andere kant van de stad woonden, voor een coronaproof contactmomentje. “Ik ben daar voor de deur gaan staan en stond te zwaaien. Toen ik terugliep, bedacht ik me wat een geweldige hobby dat eigenlijk is, dat je overal 'aanzwaait' in plaats van aanwaait." Ze besloot dat nieuwe woord te tekenen.
Hoi-Shan merkte dat er allerlei typische dingen zijn die je vroeger nooit deed, maar in coronatijd wel. “Ik voelde dat dit een bijzondere tijd is. En die wilde ik vastleggen op mijn eigen manier.”
Het woord ‘vermaken’ triggerde haar ook: “Er was een tijd dat mondkapjes verplicht werden. Ineens zag je dat iedereen zijn naaimachine tevoorschijn toverde en allerlei soorten mondkapjes ging maken. Ze gingen sokken verknippen om daar mondkapjes van te maken.”
Bijna schuldbewust geeft Hoi-Shan toe dat ze de coronatijd eigenlijk wel fijn vond: “Lekker rustig. Zeker de avondklok vond ik heel fijn. Ik weet dat heel veel mensen het daar niet mee eens zijn. Maar ik vond het fijn dat ik, zonder een excuus te hoeven zoeken, voor negen uur thuis moest zijn. Dan kon ik nog wat werken.”
Nu de wereldkaart langzaam van oranje naar geel gaat, staat Hoi-Shan voor de keus: terug de reiswereld in, of haar tekencarrière verder uitbouwen? Ze kiest voor het laatste. En dat de maatregelen langzaam verdwijnen, is wennen: “Als ik grote groepen mensen zie, loop ik er met een boogje omheen.” Exitstress, ook een woord in het coronawoordenboekje.
Het contrast lijkt gigantisch. Van continu reizen rond de wereld naar de zelfgekozen isolatie van de tekentafel. Zelf ziet Hoi-Shan het niet zo: “Ik kan me eigenlijk overal vermaken, of dat nou in het buitenland is of in Nederland. Ik zie overal wel de lol of de charme van in. Als er maar mensen zijn, daar haal ik mijn inspiratie uit.”