Springruiter Maikel van der Vleuten pakt brons op Olympische Spelen
Van der Vleuten zette in de finale de snelste tijd neer: 85,31. Hij mocht door naar de barrage, waar alle foutloze ruiters met hun paard weer de strijd met elkaar aangingen. Door zijn snelste tijd mocht hij DE barrage als laatste starten. Hij wist dat hij ook in die ronde geen balken van de hindernis af mocht stoten en dus foutloos moest blijven, omdat alle andere ruiters ook geen fout hadden gemaakt.
De springruiter bleef foutloos, waardoor het aankwam op tijd. Alleen de Brit Ben Maher (37,85 seconden) en de Zweed Pedder Fredricson (38.02) bleken sneller. Van der Vleuten wist zich met een derde tijd wel te verzekeren van een bronzen medaille. Nadat hij de laatste hindernis goed had genomen, stopte zijn tijd op 38,90. Daarmee bleef hij de Zweed Henrik von Eckermann voor.
Van der Vleuten, voor de derde keer actief op het grootste sportevenement van de wereld, was zichtbaar blij met zijn verrassende derde plek. Met het Nederlandse team wist hij op de Spelen van Londen in 2012 al zilver te pakken.
'Kracht en ervaring'
‘Bronsgoud’, zo ziet Van der Vleuten zijn bronzen medaille. “Ik ging hier met de juiste vorm naartoe. Met een paard dat zich goed voelde. Maar eveneens een onervaren paard, qua kampioenschappen. De manier waarop hij vandaag met kracht en overtuiging sprong was fantastisch.”
Het niveau in Tokio was hoog, dat merkte de medaillewinnaar dinsdag al. “De kwaliteit van ruiters en paarden, de combinaties, was echt heel hoog. Dan is het natuurlijk heel moeilijk om in de top drie te eindigen. De vorm van de dag is natuurlijk belangrijk. De juiste focus moet er zijn, voor zowel ruiter als paard. En dat was geweldig.”
Vader Eric
Rondom de spannende eindstrijd kreeg Van der Vleuten steun van zijn vader, zelf ook springruiter. “Hij is hier de hele week. Hij heeft mij enorm goede ondersteuning gegeven. Het is fijn dat je iemand naast je hebt die op zulke momenten de juiste tips kan geven. We hebben een plan gemaakt en dat pakte heel goed uit. De andere twee waren combinaties met veel ervaring, brons was vandaag gewoon het hoogst haalbare.”