Zo komt 't dat DNA in moordzaak Wies Hensen na 32 jaar wel profiel oplevert

24 augustus 2021 om 12:00 • Aangepast 30 augustus 2021 om 11:08
nl
Wies Hensen uit Budel werd meer dan dertig jaar geleden om het leven gebracht. Toen werd er al DNA van een mogelijke dader onderzocht, maar de technieken waren nog niet ver genoeg om tot een daderprofiel te komen. Nu is dat er wel. Hoe kan dat? DNA-deskundige Arnoud Kal van het Nederlands Forensisch Instituut legt het uit.
Profielfoto van Rebecca Dijkstra
Geschreven door
Rebecca Dijkstra

De 32-jarige Wies Hensen verdween op 29 augustus 1989 en werd voor het laatst gezien op de kermis in Budel. De dag erna werd ze dood gevonden in een sloot in Dommelen. Ze was naakt en bleek door wurging om het leven te zijn gebracht. Veel wees op een seksueel motief.

Tijdens het onderzoek werd DNA van het slachtoffer en van iemand anders gevonden. “Destijds was de conclusie dat het DNA-onderzoek ons niet verder kon helpen. Er was toen nog heel veel DNA nodig omdat de analyses niet gevoelig waren”, legt Kal uit. “Maar we bewaren DNA in de hoop dat er in de toekomst technisch meer mogelijk is.”

Ook het DNA dat werd gevonden op sporen in de zaak van Wies Hensen is dus al die jaren bewaard gebleven. “DNA blijft goed zolang je het invriest en donker bewaart. Licht en warmte breken DNA af. In onze vriezers blijft het tientallen of zelfs honderden jaren goed.” Het DNA in cold cases zoals die van Wies Hensen kan dus bij nieuwe ontwikkelingen opnieuw onderzocht worden. Het Openbaar Ministerie bepaalt of dat gebeurt.

"Je kunt ook op een onschuldige manier DNA achterlaten."

Waarom duurde dat in deze oude zaak zo lang? “Er moeten ontwikkelingen zijn waardoor nieuw DNA-onderzoek zin heeft. In dit geval is er sprake van een mengprofiel. Dat betekent dat het DNA van het slachtoffer is gemengd met dat van een mogelijke dader. Er is maar weinig DNA van de onbekende beschikbaar, dat maakt het lastig om het goed te analyseren. Dankzij nieuwe technieken heeft het NFI nu wel bruikbare informatie uit het DNA van de onbekende man kunnen halen.”

Hoewel dat een doorbraak voor het onderzoek betekent, is er dus nog geen dader bekend. Het DNA dat nu gevonden is, kan worden vergeleken met DNA-profielen, bijvoorbeeld van mensen in de DNA-databank. Stel dat er iemand wordt gevonden die overeenkomt met het DNA, betekent dat niet dat diegene ook zeker Wies Hensen om het leven heeft gebracht. “De vraag is op welke manier het DNA er terecht is gekomen, via onschuldige handelingen of door een misdrijf”, stelt de deskundige.

Het analyseren van DNA is heel belangrijk. Uit DNA kun je namelijk allerlei kenmerken halen:

  • het geslacht,
  • maar soms ook de kleur ogen,
  • of de kleur van het haar
  • en bijvoorbeeld huidskleur.

Wat de analyse van het DNA in de zaak Wies Hensen heeft opgeleverd, is niet naar buiten gebracht. Eventuele tips in de coldcasezaak kunnen naar een verdachte leiden, zodat dat DNA van de verdachte vergeleken kan worden met dit profiel. Het Openbaar Ministerie moet daar wel toestemming voor geven.

Het NFI gaat dus niet over de schuldvraag: “Wij doen dan een statistische uitspraak. Hoe groot is de overeenkomst tussen het DNA van iemand en het op sporen gevonden DNA? Het is nooit honderd procent, maar het geeft wel een zeer hoge bewijskracht.”

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.