Loes fotografeerde iets bijzonders, maar wat? Frans Kapteijns weet het
Oorworm had niets meer te regelen
Op de foto van Loes Westgeest staat iets heel bijzonders. Het is niet zeldzaam, maar je komt dit in de natuur niet zo vaak tegen. Op de foto zie je onder de witte ringen een oorworm en deze oorworm is geïnfecteerd door een schimmel. De schimmel heeft geen Nederlandse naam, maar bij de beschrijvingen kom je vaak de naam klapkonten tegen. Die naam is ontstaan doordat bij rijping van de schimmel het lichaam van zo’n aangetast insect openklapt. Sporen van zo’n schimmel komen dan op de oorworm, kiemen daar en groeien op de buitenkant van de oorworm. Ze dringen ook het lichaam in en de schimmel vermenigvuldigt zich vervolgens zeer snel. Uiteindelijk bereikt de schimmel de hersenen van het insect. Op het moment dat de schimmel de oorworm bijna helemaal overwoekerd heeft, neemt de schimmel het roer in handen. Het gedrag van zo’n geïnfecteerde oorworm wordt zodanig door de schimmel beïnvloedt, dat de oorworm met haar of zijn laatste krachten zo hoog mogelijk in een plant klimt. Eenmaal bovenin zo’n plant aangekomen, draait de geïnfecteerde oorworm zodat die ondersteboven aan de plant hangt. Daarna sterft de oorworm. De houding ondersteboven zorgt er voor dat de schimmelsporen optimaal verspreid worden. Ook vliegen en sprinkhanen hebben ieder hun eigen zombieschimmel.
Welke heidelibel landt hier op de steentjes ?
Op de foto van José van der Meijden zie je een heel mooie rode libel. Ik vermoed dat dit de bruinrode heidelibel is. Deze libellensoort behoort tot de familie van de korenbouten en is een echte pionier. Dit wel zeggen dat deze soort het liefst voorkomt bij nieuwe maar ook ondiepe poelen met weinig vegetatie. Ze zetten hun eitjes net als andere korenbouten af in het water. Na een jaar komen deze eitjes in het voorjaar uit en dan leven de larven tussen de waterplanten. Vanaf eind mei komen de larven uit het water en worden dan een mooie bruinrode heidelibel.
Wat zit er nu weer op mijn tas?
Op de foto van Myrthe Engels zie op een soort tas een mooie grote geelzwarte spin. We hebben hier te maken met het vrouwtje van de wespspin. Oorspronkelijk kwamen wespspinnen voor in gebieden rond de Middellandse zee, maar langzamerhand zijn deze spinnen als gevolg van de klimaatverandering opgerukt naar het noorden. In 1980 kwam deze spin naar Nederland. Daar werden ze het eerst gezien in Limburg. Deze spin lijkt heel erg op een wesp, maar kan niet steken. Natuurlijk kan ze wel bijten, maar hun beet is voor mensen ongevaarlijk. Een paring betekent voor een mannetje vaak einde verhaal, want na de paring wordt het mannetje gebeten en meteen ingesponnen. Later zal het vrouwtje dit mannetje opeten.
De grootste Europese naaktslak
Op de foto hierboven zie je een grijze naaktslak met zwarte strepen. Martien Saris zag wel eens bruine naaktslakken, maar deze tijgerslak zag hij voor het eerst. Tijgerslakken - ook grote aardslakken genoemd - zijn met hun maximale lengte van twintig centimeter de grootste naaktslakken van Europa. Het zijn enorme eters en echte alleseters. Op het menu van deze slakken staan planten, maar ook honden- en kattenvoer en ook voorraden in kelders. Daarnaast eten ze andere naaktslakken, huisjesslakken en paddenstoelen. Je komt deze enorme naaktslakken vooral tegen in plantsoenen, tuinen en op composthopen. Tevens kun je hen aantreffen in kelders, tuinhuisjes en schuren mits het daar vochtig is. Na het paren leggen ze de doorzichtige, ovale eitjes onder planken en losse stenen. Van augustus tot in de herfst kun je deze eitjes tegenkomen, zo’n honderd stuks bij elkaar. Na ongeveer drie weken komen de jonge tijgerslakken uit de eitjes gekropen. Een winterslaap kennen deze tijgerslakken niet, maar bij echte vorst kruipen ze wel de grond in.
Witte steel met zwarte smurrie, grap of niet?
Op de foto die Marjo mij stuurde, zie je een witte steel met daarboven een zwarte druppende massa. Ook op de grond en de blaadjes zie je dit zwarte spul. En nee Marjo, dit is geen grap. Je zag hier het uitlopen van een inktzwam. Vermoedelijk was dit de geschubde inktzwam. Die komt op als een witte paddenstoel, zie mijn foto.
Op die foto zie je twee geschubde inktzwammen en als je heel goed kijkt, zie je onderaan de hoed van de linkse paddenstoel al een zwart randje. Vanaf die rand scheurt de hoed verder in. Vervolgens vervloeit de hoed tot een zwarte, inktachtige substantie. Veel paddenstoelen laten hun sporen door de wind verspreiden, maar de inktzwammen doen dit door de vervloeiing van hun hoeden. Vroeger werd de inkt van de geschubde inktzwam opgevangen en gebruikt om mee te schrijven. Dit kan nog steeds, maar je hebt dan wel een kroontjespen nodig.
Schrijven met de inkt uit een inktzwam
In bovenstaande video is te zien hoe het mogelijk is een brief te schrijven met de inkt uit geschubde inktzwammen. Die steken in oktober overal de grond uit. Inclusief een timelaps van drie dagen.
Zijn langpootmuggen nuttig?
Op de foto van Maria Plasmans hierboven zie je twee dode langpootmuggen. Zij vraagt zich af hoe het komt dat ze er zoveel ziet en waarom ze die niet eerder zag. Op de laatste vraag kan ik geen echt antwoord geven. Er kunnen heel veel oorzaken zijn. Mogelijk was Maria niet thuis in die periode of waren het er minder, maar er zijn nog veel meer antwoorden mogelijk. Waarom er nu zoveel zijn, heeft te maken met het aantal eitjes dat langpootmuggen vorig jaar hebben afgezet in dit grasveld. Die komen allemaal tegelijkertijd uit en dan zie je er dus heel veel ineens verschijnen. Tenslotte vraagt ze zich af wat het nut van langpootmuggen is. Over het nut van sommige dieren kan ik uren schrijven, maar ik houd het nu op een kort antwoord. Ze dienen onder meer als voedselbron voor vogels, zoogdieren, insecten en spinnen. Zeer nuttig dus!
Wat is de naam van deze zweefvlieg?
Frederik Meyer stuurde mij drie foto's van drie zweefvliegen. Nummer een en twee heb ik reeds beantwoord. Nu is nummer drie aan de beurt. Op deze foto zie je een witte reus. Naast de stadsreus is deze witte reus ook een grote zweefvlieg, met zijn maximale lengte van 1,8 centimeter. De naam heeft deze zweefvlieg te danken aan de bijna witte kleur van het tweede achterlijfssegment. De rest van het lichaam is overwegend zwart. Je komt deze witte reus vooral tegen bij bloemrijke hagen of in open plekken in de bossen. Daar leven ze, net zoals zoveel andere zweefvliegen, van nectar en stuifmeel. Hun voorkeur qua bloemen gaat uit naar de braambloesem.
Natuurtip
Zondag 24 oktober kun je deelnemen aan een herfstwandeling door de Loonse en Drunense Duinen. Nu de dagen korter en kouder worden, maakt de natuur zich op voor de winter. Dat betekent dat er veel te beleven is in het bos en de duinen. De boswachter kent dit gebied op zijn duimpje en vertelt je van alles over de veranderingen die je kunt zien en waarom dit allemaal juist nu, in de herfst, gebeurt.
Deze excursie is gericht op volwassenen. Oudere kinderen zijn onder begeleiding van een volwassene welkom.
De wandeling start om tien uur 's ochtends en duurt twee uur. Een paar tips:
• Draag kleding die past bij het weer die dag.
• Controleer jezelf achteraf altijd op teken.
• Honden kunnen niet mee.
• Neem je verrekijker mee.
• Aanmelden is verplicht en kan via deze link.