Avondklokrellen maakten van 2021 een absurd jaar: 'Een zwarte bladzijde'
We spreken elkaar in de statige burgemeesterskamer in het stadhuis van Den Bosch. Dezelfde plek als precies een jaar geleden. We blikten toen terug op een uniek jaar, dachten we. “Ik zei vorig jaar: het is een marathon waarvan we niet weten hoeveel kilometer het is”, blikt burgemeester Theo Weterings van de gemeente Tilburg terug. “En dat is dus gebleken. We weten niet waar we eindigen. En dat is triest.”
Gastheer Jack Mikkers: “We keken ernaar uit dat we elkaar weer konden knuffelen en met kerst weer met de hele familie bij elkaar konden komen. Helaas, het mag niet zo zijn.”
John Jorritsma van Eindhoven: “Dit had niemand kunnen voorspellen. Als je toen tegen me had gezegd dat het land een jaar later weer in lockdown zou zijn, had ik gezegd: 'Ben je wel goed bij je hoofd?' Dit is een bizarre periode.”
“De heftigheid van de avondklokrellen was ongekend."
De drie besturen samen de Brabantse veiligheidsregio’s. De onderlinge band is goed, merk je als de Bossche bollen tevoorschijn komen. "Dat moest van Jorritsma", lacht Mikkers. Waar zijn collega’s de chocoladebol met mes en vork wegwerken, pakt hij hem in de hand. Want dat hoort zo, in Den Bosch.
Maar al snel is het weer ernst, als de burgemeesters vertellen over de gebeurtenis die dit jaar het meeste indruk op ze heeft gemaakt: de rellen na de invoering van de avondklok, in januari van dit jaar. Volgens de Nederlandse Politiebond de heftigste rellen in ons land sinds de krakersrellen in de jaren tachtig.
De eerste plek waar het ontplofte, was op zondagmiddag 24 januari in Eindhoven: “Een zwarte bladzijde in de geschiedenis van de stad”, oordeelt Jorritsma. “De heftigheid was ongekend. In een paar uur tijd werd voor een miljoen aan schade aangericht.”
“De ochtend na de rellen voelde ik me machteloos."
Zondagavond was Tilburg aan de beurt. Maar de nasleep maakte op Weterings het meeste indruk: “Ik sprak een medewerkster van de thuiszorg. Ze was nog gewoon aan het werk tijdens de rellen. Vanuit haar auto overlegde ze met een collega of het nog wel veilig was ergens naar binnen te gaan. En toen ontplofte onder haar auto een vuurwerkbom.”
Op maandagavond was Den Bosch aan de beurt. Maar Mikkers’ meest indrukwekkende herinnering is een positieve: “De ochtend erna voelde ik me machteloos. Toen zag ik dat voor het stadhuis een paar honderd mensen stonden, met bezems en Oeteldonkse sjaals om. Klaar om ondernemers en inwoners die slachtoffer waren te helpen met opruimen.”
“11.000 berichten stonden er op Twitter met mijn naam erin.”
Als bestuurder moet je tegen een stootje kunnen, daar zijn de drie burgemeesters het over eens. Maar 2021 was wel een jaar waarin grenzen werden bereikt.
Wat Mikkers vooral raakte, waren de aanvallen op sociale media. Toen hij het carnavalsfeest op 11-11 door liet gaan, kreeg hij de volle laag: “Ik was verantwoordelijk voor misdaden tegen de mensheid. Dat is letterlijk zo gezegd. Dat is wel hard. 11.000 berichten stonden er op Twitter met mijn naam erin rond 11-11. Toen vroeg ik me wel af of deze functie dit wel waard is.”
Het door laten gaan van 11-11 noemt Mikkers achteraf nog steeds 'de minst slechte beslissing’. “Ben ik er blij mee? Nee. Maar ik kon de kroegen op dat moment niet sluiten.”
"We zijn nu 22 maanden met deze crisis bezig, dat hakt er wel in."
Weterings: “Er zijn wel momenten dat je denkt: houdt dit dan nooit op? We zijn nu 22 maanden met deze crisis bezig, dat hakt er wel in. Het vraagt heel veel energie.” Toch relativeert hij weer snel: “Ik ken mensen die veel harder de gevolgen voelen. Je zal maar ondernemer zijn in de horeca.”
“Tropenjaren”, zo beschrijft Jorritsma de laatste twee jaar. In september stopt hij als burgemeester, na 46 jaar openbaar bestuur: “Deze laatste jaren telden dubbel. Maar het waren ook betekenisvolle jaren. Het was zwaar, maar we hebben keuzes gemaakt voor de samenleving waar ik me niet voor schaam.”
Verslaggever Jan Peels blikt terug op de avondklokrellen begin dit jaar in Eindhoven.