Wat tikt er zo in het dennenbos? Boswachter Frans Kapteijns weet het
Wie of wat tikt er zo in het dennenbos?
Maria Beukema-Veldkamp liep onlangs in een dennenbos en hoorde allemaal tikgeluiden, alsof er allemaal grote regendruppels vielen. Zij vraagt zich af wat dit kon zijn. Wat Maria gehoord heeft, is volgens mij het opengaan van dennenappels. Dennenbomen hebben naaktzadige vruchten. Dit betekent dat de zaden zich wel beschermd achter schubben bevinden, maar niet ingepakt. Als de zaden rijp zijn, gaan die schubben bij veel zon (warmte) openstaan en omdat het houtige schubben zijn, maken die enigszins lawaai. Omdat het er zoveel zijn klinkt dit zoals het poppen van popcorn, zoals Maria het omschrijft. Bij dit filmpje van dennenappels die openen door de zon kun je dit enigszins horen. Dan moet je wel het volume hoog zetten.
Minder kikkerdril in de sloten?
Niels Gielens stuurde mij een foto waarop kikkerdril in het water van een sloot te zien is. Als je heel goed kijkt, zie je dat de kikkervisjes bijna de eitjes verlaten. Niels vraagt zich af waarom hij dit maar beperkt ziet, in slechts enkele sloten. Naar mijn idee zijn er wel voldoende plekken waar op dit moment kikkerdril te zien is, maar natuurlijk wordt er geen kikkerdril afgezet in verontreinigde sloten. Mocht dat in zijn omgeving het geval zijn, dan snap ik dat hij minder kikkerdril ziet. De kikkerdril die je nu vooral ziet is die van de bruine kikkers. Later volgt de kikkerdril van de groene kikker. Die is helaas minder goed te zien omdat groene kikkers de kikkerdril wat dieper in het water leggen.
Wat is het nut van kraaien?
Anita van Dooren vraagt zich af wat het nut is van kraaien. Allereerst wil ik melden dat mensen heel vaak kauwen aanzien voor kraaien en andersom. Een kraai is helemaal zwart. Van de poten, het verenkleed tot de snavel. Een kraai wordt maximaal 53 centimeter groot. Een kauw is een kleinere vogel, een beetje gedrongen. Ook die heeft een zwart verenkleed maar met prachtige zilvergrijze kopzijden. Kauwen worden maximaal 39 centimeter groot.
Nu over het nut van deze dieren. We bekijken vogels altijd met mensenogen als we ons het nut afvragen. Eigenlijk is dit een verkeerde start. Alle organismen, behalve de mens, hebben een plek in de wereld die afgestemd is op elkaar. Kraaien hebben zeker een grote rol, want zij zijn de opruimers van de dierenwereld. Verkeersslachtoffers, gewonde dieren enzovoorts worden door hen opgeruimd. Belangrijk, want als al die gedode dieren zouden blijven liggen, zou dat veel ziektes kunnen veroorzaken. Daarnaast ruimen ze grote insectenplagen op en daar is bijvoorbeeld de voedselteelt heel blij mee. Overigens werd in het verleden de zwarte kraai aanbeden als raadgever. Hen werd wijsheid toegeschreven, ze waren magisch, beschermers van de heilige wetten en bewaker van alle geheimen.
Komt deze vlinder vaker voor?
Susan de Laat zag een oranjeachtige vlinder en stuurde de foto naar mij met de vraag of deze vlinder vaker voorkomt. Het antwoord is ja, want zij heeft een gehakkelde aurelia gefotografeerd. Die zie je best vaak in ons land. Overigens is haar vraag niet zo vreemd, want voor de jaren tachtig van de twintigste eeuw kwam deze soort enkel voor in het westen en noorden. Sinds die tijd is de soort gestaag gaan uitbreiden en nu zie je deze vlinder overal in ons land, dus ook in Brabant. De gehakkelde aurelia die je nu ziet is uit de winterslaap gekomen. Ze overwinteren als volwassen vlinder in afgevallen bladeren, takkenbossen of aan de onderkant van boomwortels. Altijd vlak bij de grond, dus. Soms kom je ze ook tegen in een holle boom. Deze vlinder behoort tot de aurelia's of schoenlappers en daar behoort bijvoorbeeld de dagpauwoog ook bij. Ook dat is een overwinteraar.
Moeten wij een tweede eekhoornhuisje in onze tuin hangen?
Mark en Francis Thole hebben een eekhoornhuisje in hun tuin. Nu zit er een nestje in en vragen ze zich af of ze een tweede huisje moeten ophangen. Daarnaast vragen ze zich af of ze die huisjes in het najaar moeten schoonmaken. Het antwoord op die laatste vraag is volmondig ja, want in die oude nesten kruipen luizen, mijten enzovoorts. Dat kan wel eens problematisch zijn voor de jonge eekhoorns die daar geboren worden. Een tweede huisje ophangen is, als dat mogelijk is, zeker aan te bevelen. Als eekhoorns zelf nesten bouwen, maken ze naast een groot hoofdnest vaak 'bijnesten', maximaal zes. Het kan ook zijn dat ze een oud kraaiennest overnemen, maar dan bouwen ze ook nog die andere nesten. Dit alles om te kunnen ontsnappen bij gevaar of om te schuilen bij slecht weer.
Meer vlinders in je tuin
Een tuin is niet compleet zonder vlinders. Met een aantal simpele aanpassingen tover je je tuin om tot een prachtig vlinderparadijs. Benieuwd hoe je dit doet? Bekijk dan bovenstaand filmpje van Vroege Vogels. Ineke Radstaat van de Vlinderstichting heeft haar tuin enkele jaren geleden helemaal laten verbouwen zodat deze perfect aansluit op het leven van vlinders. In de video zie je welke simpele aanpassingen je zelf kunt doen om meer vlinders te lokken.
Wat voor organisme zie ik op deze dode boom bij het Galgenwiel in Waalwijk?
Barbara Maurits heeft een bijzonder organisme gezien op een dode boomstam bij het Galgenwiel in Waalwijk. Zij vraagt zich af wat dit is. Dit organisme heet zilveren boomkussen. In de Stuifmail van 20 maart zie je een foto met een net ontwikkeld zilveren boomkussen en op de foto van Barbara is het zilveren boomkussen aan het eindstadium bezig. Zilveren boomkussens behoren tot het rijk van de mycetozoa. Het zijn kussenvormige myxomyceten en hun vlies heeft in het begin een zilveren glans. Ze kunnen maximaal tien centimeter lang worden. De inhoud van het zilveren boomkussen is eerst wit, maar later chocoladebruin. Dit is ook te zien op de foto. De buitenkant van deze slijmzwam is in het begin zilverachtig wit, maar wordt ook chocoladebruin.
Is dit een paddenstoel of niet?
Auke ven Veen stuurde mij bovenstaande foto met en vroeg zich af of dit een paddenstoel is of niet. Het is geen paddenstoel - er zit geen steel bij - dus noemen we zoiets een zwam. In dit geval is het een heel bijzondere zwam, namelijk een eikhaas. Wel al een oude. Eikhazen zijn houtzwammen, die je vooral kunt vinden aan de voet van de stam van levende eiken, maar ook bij stobben van deze bomen. Het zijn wat zeldzamere houtzwammen die je aan het eind van de zomer en het begin van de herfst kunt tegenkomen. Deze houtzwam is niet alleen mooi, maar ook nuttig in de geneeskunde. “Omdat deze zwam het immuunsysteem stimuleert, wordt onderzocht of deze bij de behandeling van aids en kanker gebruikt kan worden", is te lezen op Wikipedia. "Mogelijk zijn er ook toepassingsmogelijkheden bij hoge bloeddruk, diabetes mellitus en een te hoog cholesterolgehalte. In november 2006 is een nieuw eiwit ontdekt (GFAHP) dat gemaakt wordt door de eikhaas, wat het herpes simplex virus (HSV) remt. Dit eiwit kan helpen bij de genezing van herpes.“
Natuurtip
Van maart tot en met september is iedere laatste zondag van de maand het Groot Duijfhuis in Liempde open van tien uur 's ochtends tot vier uur 's middags. In de voormalige stal van het deze historische hoeve is een informatiepunt ingericht om van daaruit het Dommeldal te verkennen. Er is informatie te vinden over de flora en fauna en over de vorige bewoners van de boerderij. Buiten kunnen bezoekers genieten van het oude landschap dat bewaard is gebleven.
Het Groot Duijfhuis in het Dommeldal bij Kasteren, boven Liempde, eindigt steevast hoog op lijstjes met de mooiste en belangrijkste boerderijen in Brabant. De naam van deze hoeve is afgeleid van een karakteristieke duiventoren die hier in 1661 werd gebouwd en die nog altijd deel uitmaakt van het complex, maar de hoeve is veel ouder. Al in de veertiende eeuw wordt deze in bronnen vermeld als eigendom van Bosschenaar Jan van Derentheren en zijn kinderen. In 1450 kwam de hoeve in handen van de Bossche kanunnik Ludolf van de Water. Die schonk hem op 30 november 1471, samen met hoeven in Olland, Gemonde, Son en Den Dungen, aan de kartuizers van Sint-Sophia die in Vught een nieuw klooster hadden betrokken.
Het Groot Duijfhuis is gevestigd aan de Hoevedreef 2 in Liempde.