Na hun dood zijn broers Janus en Gerrit onderscheiden met Oorlogskruis
Kees Willem Beex is er trots op dat zijn vader Janus en zijn oom Gerrit nu ook door Nederland geëerd worden, maar het had wat hem betreft wel wat eerder mogen komen.
"De broers waren al onderscheiden door de Amerikanen en door de Britten, maar de Nederlandse overheid liet maar niks van zich horen", zegt hij met enig ongeloof in zijn stem. "Maar dat het Ministerie van Defensie nu alsnog komt met het Oorlogskruis vind ik persoonlijk heel erg eervol."
Het was Gerrit Beex die de verzetsgroep opzette, weet Kees Willem. "Hij had een militaire achtergrond en zat in 1940 korte tijd vast als krijgsgevangene van de Duitse bezetters. Terug in Hoogeloon organiseerde hij het verzet, geholpen door zijn broer Janus."
Hoofdkwartier van dat verzet was het huis aan de Hoofdstraat in Hoogeloon, waar de broers met hun ouders woonden. "Aanvankelijk ging er nog wel eens iets mis, maar gaandeweg de oorlog werd dit een geducht centrum van verzet in de Kempen", zegt Kees Willem.
"Gerrit was de commandant van de groep en kreeg zijn opdrachten uit Londen."
De militaire achtergrond van Gerrit Beex speelde daarbij een grote rol, legt hij uit. "Hij was de commandant van de groep en kreeg zijn opdrachten uit Londen. Dat kon omdat bovenin hun huis een radiozender verstopt was waarmee ze in direct contact konden komen met de Nederlandse gezagsdragers in Londen."
Het voormalige verzetshuis staat er nog steeds, maar is vanaf 1999 flink verbouwd voor de kapsalon van Frank Lemmens. "Ik wist wel dat dit huis een historie had, maar helaas is daar veel van verloren gegaan bij de verbouwing", zegt Frank.
Waar hij nu vooral spijt van heeft is dat hij een Duitse militaire motor niet heeft kunnen redden van de schroot. "Die vonden we onder het oppervlak van de hal en ik zag er in mijn jeugdige vernieuwingsdrift niet de historische waarde van in. Nu denk ik vaak: die had ik nooit op de container moeten gooien, want daar zat een verhaal achter, dat was duidelijk."
"Het waren vaak levensgevaarlijke acties die de partizanen uitvoerden."
De Hoogeloonse partizanengroep groeide uit tot een kern van tien mannen die overvallen pleegden op vijandelijke wapenopslagplaatsen en distributiekantoren. Ze hielpen onderduikers en blokkeerden de doorgang van de Duitsers naar Normandië door op 6 juni 1944 de spoorlijn Tilburg-Turnhout op te blazen. Janus vocht later mee met de stoottroepen tot die in 1945 Berlijn bereikten.
"Het waren vaak levensgevaarlijke acties die de partizanen uitvoerden", zegt Kees Willem. Veel van wat ze deden is nauwkeurig beschreven door zijn oom Gerrit, die meteen na de bevrijding van Hoogeloon alles op papier zette. "Hij besefte: het geheugen is nu nog kakelvers dus dit is het moment om alles te noteren."
Kees Willem bracht dat archief van zijn oom over naar een website. Die is op 2 juni online gegaan. "Ik heb vanmorgen de vlag uitgehangen. Voor mij is dit een feestdag."