De vlaggetjes hangen op het schoolplein, het podium is geïnstalleerd voor een Vlindertuin-sing-a-long en de leerkrachten stuiteren over het schoolplein om de hyperactieve aftelclub bijeen te houden.

Vanaf de zijlijn, waar een kinderopvang is gevestigd, kijkt een stel pauzerende peuters vanuit hun voederstoel toe. "Ik ben even de aftelklok aan het zoeken", zegt directrice Karin Pijnenburg. "Wij hebben dit ook nog nooit gedaan, eigenlijk."

De afgelopen twee jaar waren coronajaren voor de kinderen. Thuisonderwijs, vriendjes missen, zieke docenten en afstand houden. Juist omdat het deze zomer allemaal wat losser mag, willen de leraren de zes weken durende zomervakantie nóg iets feestelijker inluiden.

Pijnenburg telt af, van twintig naar nul. Eigenlijk sprinten de kinderen vanaf dat moment al gelijk het schoolplein af, met een enkeling die zijn prille, eerste vakantieminuten nog gebruikt om alvast de planning voor de komende zes weken door te nemen. "Zwemmen, ijsjes eten, naar Griekenland...", somt Stephanie uit groep vier op. "Maar ik vind het wel een beetje spannend. Ze hebben daar diepe zwembaden. En ik heb mijn diploma A nog niet."

Wat alle leerlingen met elkaar gemeen hebben, is dat de vakantie vanwege de extreme hitte geen moment te vroeg komt. Het was een weekje ploeteren met 40 graden, maar nu staan er zes weken relaxen op de planning.