Kinderombudsman bang voor toename kinderarmoede in najaar
“Heel sympathiek en sommige kinderen zullen er zeker wat aan hebben”, zegt Laura van den Heuvel van de Kinderombudsman. “Maar het is niet de hele oplossing.” In haar ogen worden de kinderen zelf teveel genegeerd in de aanpak van kinderarmoede. En dit probleem wordt steeds urgenter. De hoge energierekening, de dure boodschappen en de gevolgen van de coronacrisis zullen in het najaar van veel gezinnen hun tol gaan eisen. Gemeentes moeten snel tot actie overgaan, en brede hulp bieden op alle terreinen die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van kinderen, vindt de Kinderombudsman.
"Kinderen zeggen dat ze het vooral moeilijk vinden dat pappa en mamma zoveel stress hebben"
“Kinderarmoede wordt teveel behandeld als een volwassenprobleem. De schulden van de ouders moeten worden opgelost bijvoorbeeld. Alle energie is dan daarop gericht. En de belangen van het kind zijn niet goed zichtbaar.”
Veel kinderen die in armoede leven, kunnen geen mooie Playstation kopen. “Maar dat is niet altijd waar ze last van hebben”, zegt Van den Heuvel. “Ze zeggen vooral dat ze het moeilijk vinden dat papa en mama zoveel stress en verdriet hebben.” En dus staat die relatie tussen ouders en kinderen vaak onder druk. “Je ziet dat ouders dan zoveel stress hebben dat er geen liefdevolle begeleiding meer is voor het kind.”
"Ineens merkt de school dat kinderen geen laptop kunnen kopen."
Volgens de Kinderombudsman denken mensen vaak ‘eigen schuld, dikke bult’. “Maar na de coronacrisis zie je dat mensen toch anders over armoede zijn gaan praten, dat het iedereen kan overkomen.” Corona heeft kinderarmoede veel meer zichtbaar gemaakt. “Ineens merkte de school dat kinderen geen laptop konden kopen”, zegt Van den Heuvel. “Of dat ze in de badkuip zaten om lessen te volgen, omdat het huis te klein is.”
Kinderarmoede gaat vaak over van generatie op generatie. “Het doet iets met je brein”, zegt Van den Heuvel. “Je kunt vanwege de stress niet goed vooruit plannen. Als het je niet wordt aangeleerd door je ouders omdat zij ook in armoede zaten, dan kun je dat later ook niet. Je ziet dan niet meer wat belangrijk is voor de lange termijn.”
"Wethouders moeten eens met kinderen zelf gaan praten."
Volgens Van den Heuvel richten gemeentes zich nu vooral op de gratis laptop of een fiets als het gaat om het bestrijden van kinderarmoede. “Die potjes zijn te smal en niet afgestemd op de behoeftes van kinderen. Buiten het feit dat heel veel mensen die potjes niet vinden of ze niet willen aanspreken.” Die smalle aanpak kan voor heel veel problemen zorgen later. “Als je geen oog hebt voor de brede ontwikkeling van een kind, zoals ook onderwijs, gezondheid en de relatie met ouders, dan krijg je in de toekomst volwassen burgers die niet goed ontwikkeld zijn.”
De Kinderombudsman roept dan ook wethouders op om met de kinderen zelf te gaan praten. “De Kinderombudsman heeft richtlijnen voor hoe je dat kunt doen. Er is nog steeds een beeld dat kinderen niet kunnen reflecteren op hun eigen situatie, maar je kunt ze vragen, hoe is dit voor jou? En wat heb je nodig? Ieder kind heeft weer andere behoeften.”