Dit lijkt op een kleine rode spin, maar volgens Frans is dit een ware rover
Iedere zondagmiddag is er ook een nieuwe aflevering van de Stuifmail-podcast. Beluister hem hier:
Omroep Brabant zendt op dinsdag ook het tv-programma 'Op pad' uit, waarin de kijkers worden meegenomen in de natuurgebieden van Brabants Landschap. Als kijker kun je zelf ook de route uit het programma wandelen. Speciaal voor het programma is er een wandelapp ontwikkeld.
Is dit kleine rode diertje een spin?
Martien van den Biggelaar zag, toen hij aan zijn tuintafel zat, een klein rood spinnetje. Hij vroeg zich af of dit een van de vele soorten spinnen is. Wat hij goed zag, is dat dit rode diertje bij de groep van spinnen en spinachtige hoort. Maar dit is geen spin. Het is een spinachtige en de naam is fluweelmijt. Deze naam heeft dit diertje te danken aan de fluweelachtige beharing. Deze diertjes zijn goed te herkennen aan de knalrode kleur en hun lengte van maximaal vijf millimeter. Het zijn echte rovers. De volwassen fluweelmijten leven van kleine geleedpotigen, maar ook van de eitjes van die soort. Larven van fluweelmijten zijn parasitair en leven op verschillende soorten geleedpotigen.
Grote bonte specht komt aan huis
An Roelen stuurde mij een foto van het mannetje van de grote bonte specht, die aan haar pinda’s zat. Ze vroeg zich af waarom deze vogel bij haar voedsel komt halen en niet in het bos. Nou, grote bonte spechten maakt het niet uit of het gaat om een bos, tuin of park. In al deze drie leefgebieden kunnen ze broeden, dus zoeken ze daar ook hun voedsel. Als er in de omgeving van An bomen staan waar ze een nest kunnen uithakken, doen ze dit daar en dus zoeken ze ook voedsel in de omgeving van dat nest. Overigens hebben ze een verschillend zomer- en wintermenu. In de winter staan zaden van sparren en dennen op het menu en, als ze in de buurt van tuinen wonen, alles wat op de voedertafel ligt. In de zomer staan vooral insecten op het menu.
Balkongast maakt er een zootje van
Ton van den Bruele heeft op zijn balkon een medebewoner en die bezorgt hem nogal wat overlast. Die medebewoner is namelijk een torenvalk die het hele balkon onderpoept en overal braakballen laat vallen. Een mogelijkheid om hier wat aan te doen is het balkon voor de torenvalk onaantrekkelijker maken. Bijvoorbeeld door de plek te voorzien van zogenaamde duivenpinnen of duivennetten zodat de torenvalk niet op het balkon kan gaan zitten. Daarnaast kun je, en dat is wat vriendelijker, boven aan het plafond een silhouet (of silhouetten) ophangen van grotere roofvogels. Daar is zo’n torenvalk ook niet blij mee. Je kunt ook nepvolgels, bijvoorbeeld een kraai, neerzetten op de rand van het balkon. Vindt een torenvalk ook niet leuk. Tot slot: een rij oude cd’s aan een touwtje vanaf de zoldering aan het balkon hangen helpt ook weleens.
Leven er nog reeën op Kampina?
Monique Spooren zag de afgelopen tijd geen reeën meer tijdens haar wandeling op Kampina. Zij vraagt zich af of het wel goed gaat met de reeën op de Kampina. Ik kan haar gerust stellen, want onlangs ben ik er nog zeker vijf tegengekomen. Maar net zoals veel andere zoogdieren worden reeën in de winter reeën minder actief. Ze zijn een stuk rustiger, hun hartslag en stofwisseling staan dan op een laag pitje om zo energie te sparen en rustig aan te doen met de energievoorraad, het onderhuidse vet. Dit kan alleen op veilige plekken. Ze houden geen winterslaap, maar zijn wel minder zichtbaar in het veld.
Een spin met felle kleuren
John de Koning kwam in augustus een spin tegen met felle kleuren. Hij vroeg zich af welke spin dit is. Op de foto hierboven zie je een mooie, grote spin met vooral de kleur geel en daartussen dunnen zwarte banden. We hebben hier te maken met het vrouwtje van de wespspin. Deze spinnen kwamen oorspronkelijk voor in gebieden rond de Middellandse zee. Langzamerhand zijn deze spinnen - als gevolg van de klimaatverandering - opgerukt naar het noorden. In 1980 werden ze voor het eerst in Nederland ontdekt, in Limburg. Vanaf daar zijn de wespspinnen naar het noorden getrokken tot zelfs de Waddeneilanden aan toe. Wespspinnen zie je voornamelijk op zonnige plekken, zoals graslanden en heidegebieden. Het vrouwtje van deze spin kan maximaal vijftien millimeter lang worden, maar door de grote dikke poten lijken ze veel groter. Mannetjes zijn beduidend kleiner, die worden maar maximaal vijf millimeter groot. Voor de mens is deze spin totaal ongevaarlijk. De naam wespspin is gebaseerd op de kleuren van het lichaam, die doen denken aan de kleur van wespen.
De spin - Betsie Selen
Op bovenstaand filmpje kun je zien hoe een kruisspin een web aan het maken is. Overigens kunnen alleen echte spinnen webben maken omdat die spintepels hebben, die spinrag maken.
Goudkarper in het Zuid-Willemskanaal, hoe kan dat?
Hilda Vogels wandelt graag langs het Zuid-Willemskanaal en in augustus zag ze daar een goudkarper van wel zeventig centimeter zwemmen. Daarnaast kwam ze een week daarvoor een koi karper tegen. Zij vraagt zich af hoe die daar komen. Het antwoord is heel simpel: door mensen die de soorten die ze hielden beu waren en dus maar in de natuur smijten.
Je ziet dat ook met onder meer met goudvissen, zonnebaarzen en schilpadden gebeuren, jammer genoeg. Natuurlijk moet dit niet. Ten eerste overleven deze dieren waarschijnlijk de winter niet en dit soort dieren, die we exoten noemen, kunnen een groot gevaar opleveren voor mens en natuur.
Welke zwam zit er op die kleine stam?
Hans van Kaathoven kwam begin augustus 2022 op een oude stam een aantal hoeden van een zwam tegen. Hij vroeg zich af om welke zwam het gaat. Wat hij gefotografeerd heeft, zijn de hoeden van een zwavelzwam. Deze boomzwam heeft de naam te danken aan de kleur en ook aan de geur,. Deze zwam ruikt naar zwavel. Als de boomzwam vers is, ruikt deze zwam zelfs naar kip, vandaar de Engelse naam 'chicken of de woods'. In een jong stadium zijn deze zwammen zeer smakelijk. Zwavelzwammen zijn parasitaire zwammen, die vooral op eiken te vinden zijn. In volle bloei zijn ze heldergeel tot baksteenrood. Je vindt ze vooral op oude eikenbomen, in de zomer tot aan de vroege herfst. Als zo’n boom bezet is met een zwavelzwam wordt de stam van die boom langzaam van binnen uitgehold.
Rubriek mooie foto’s
In de rubriek mooie foto's dit keer een foto die Han van Roosmalen maakte van een edelhert met een prachtig gewei in de sneeuw in het Groene Woud.
Natuurtip
Zaterdag 11 februari vindt van elf uur 's ochtends tot halfvier 's middags de landelijke ijsvogeldag plaats in Natuurmuseum Brabant in Tilburg. Op deze dag komen ijsvogelonderzoekers, ijsvogeltellers en andere belangstellenden bijeen om kennis en informatie met elkaar te delen. Het programma van de dag bestaat uit interessante lezingen en verhalen van liefhebbers, deskundigen en experts.
Meer informatie
• Aanmelden is verplicht en kan via deze link.
• Het Natuurmuseum Brabant bevindt zich aan de Spoorlaan 434 in Tilburg.
• Parkeren kan in parkeergarage Knegtel aan de Gasthuisring 60 in Tilburg.
• Deze editie van de Landelijke IJsvogeldag wordt ondersteund door stichting Brabants Landschap, de Vogelbescherming Nederland en Sovon Vogelonderzoek Nederland.
• Voor vragen kun je terecht bij de Vogelbescherming.