Gewassen snakken naar water, maar beregenen is lastig door de wind
Arjan Schrauwen is akkerbouwer en heeft zo'n negentig hectare grond. Daarop verbouwt hij verschillende gewassen: aardappelen, cichorei, stamslabonen, vlas, sjalotten en suikerbieten. Op de plek van de suikerbieten zijn de gevolgen van de droogte goed zichtbaar: scheuren in de grond en opwaaiende stof.
Aan de planten ziet Arjan dat ze snakken naar water. "Ze zijn aan lepelen. De planten staan met hun bladeren omhoog om zoveel mogelijk water op te kunnen vangen. Een teken dat de plant het droog heeft", legt hij uit. De suikerbieten zijn nog aan de kleine kant. "Door het natte voorjaar konden we pas laat gaan zaaien. Daardoor hebben ze al een groeiachterstand opgelopen. Normaal had het gewas al gesloten moeten zijn rond deze datum en dertig centimeter hoog. Nu zijn ze nog ver achter in de groei."
"Voor ons is de wind verschrikkelijk."
Kleinere suikerbieten, betekent minder opbrengst. En dat voelt Arjan direct zijn portemonnee. "We zitten vast aan de verplichte levertijden van de fabriek. We moeten ze leveren en dat betekent nu dat we kilo's tekort hebben. Dat kan oplopen tot zo'n dertig procent. Dat gaat van onze winst af, als we al winst maken."
De zomers temperaturen houden nog wel even aan. Zo af en toe steekt de wind op. Arjan zit daar niet op te wachten. "Voor ons is wind verschrikkelijk. Door de wind kunnen we niet goed beregenen. De straal van het sproeikanon waait dan de verkeerde kant op. Slechts een deel van het water komt dan op de juiste plek."
Het beregenen van het land is voor Arjan dan ook hoofdzakelijk een nachtelijke aangelegenheid. "Dan is er minder wind, de minste verdamping en hebben we het meeste rendement van het water." In de verte staan de sproeikanonnen klaar om, als het avond is, het land nog eens te besproeien.
"Bij een beregeningsverbod komen we uren tekort om gewassen van water te voorzien."
Voorlopig is er nog voldoende water om het land te besproeien. "In Zevenbergschen Hoek is het kleigebied en hebben we nog voldoende water. Op de zandgebieden in ons waterschap geldt al een beregeningsverbod", vertelt de akkerbouwer.
Als de hoge temperaturen nog langer aanhouden, vreest hij ook een beregeningsverbod. "Als het nog langer droog blijft en de temperaturen oplopen ontstaat er blauwalg in het oppervlaktewater. Als dat gebeurt mag er niet worden gesproeid. Die situatie is desastreus voor ons. Dan komen we uren tekort om in de waterbehoefte van onze gewassen te voorzien. Dat scheelt flink wat opbrengst."
De regen laat voorlopig op zich wachten. Goed nieuws voor zonaanbidders, maar waardeloos nieuws voor akkerbouwers. "Voor de aardappelplanten moeten we de komende tijd dag en nacht doorsproeien. Het is belangrijk dat ze nu voldoende vocht krijgen, anders krijgen ze te weinig knollen." Ook andere gewassen schreeuwen in deze periode om water, vertelt Arjan. "Maïs is voor de bloemaanleg afhankelijk van water, anders krijgen ze geen maiskolven.