Voorlopig geen tweede coffeeshop in Helmond: 'Eerst proef afwachten'
Burgemeester Blanksma mag in haar eentje beslissen over de komst van meer coffeeshops, maar doet dat voorlopig niet. “Het is niet zo dat ik er tegen aan zit te hikken”, zegt Blanksma. “Ik ga niet over één nacht ijs, laat dat duidelijk zijn.”
De gemeente probeerde eerder een tweede coffeeshop te openen in de stad. Dat liep niet zo goed af. Er werden aanslagen gepleegd op het pand aan de Noord-Koninginnewal. En de toenmalige burgemeester van Helmond moest na bedreigingen zelfs een poos onderduiken. De onderwereld in Helmond stelt concurrentie van een tweede coffeeshop kennelijk niet op prijs. Het gaat dan om illegale dealers die wiet op straat verkopen.
"De band tussen gebruiker en dealer is hier heel sterk"
De komst van een tweede coffeeshop zal zeker zorgen voor een ‘verstoring’ in de onderwereld, denkt Blanksma. “Het kan een enorme impact hebben.” Maar ze zegt niet bang te zijn voor eventuele wraak van dealers die zich de kaas niet van het brood willen laten eten. “Ik draai al een tijdje mee. Als u ziet hoe hard ik optreed op de harddrugsmarkt, dan weet u dat ik niet zomaar opzij ga.”
Maar de tweede coffeeshop moet wel nut hebben, vindt Blanksma. En na een onderzoek dat ze heeft laten uitvoeren, is daar twijfel over. “De band tussen de gebruiker van softdrugs die nu niet naar de coffeeshop gaat en de straatdealer is hier heel sterk. Daar is Helmond echt uniek in. Om die band te doorbreken moet ik als burgemeester invloed hebben op de kwaliteit en de prijs van de drugs. Dat heb ik nu niet. Want alles komt van de illegale markt.”
En dus wil Blanksma graag de landelijke proef rondom legale wietteelt afwachten. Die begint in het vierde kwartaal van dit jaar. Breda en Tilburg doen eraan mee. “Ik had zelf ook erg graag meegedaan. Ik wil heel graag afwachten wat daaruit voortkomt.” Blanksma zegt dan eventueel twee extra coffeeshops te willen openen in Helmond.
"Nederland, schiet op, dan kan ik op een legale manier beginnen"
Contact met de nu nog onzichtbare, vaak jonge softdrugsgebruiker is belangrijk voor Blanksma. “In een coffeeshop wordt de gebruiker zichtbaar. Ik kan dan iets doen voor hun gezondheid. Dat ze zo min mogelijk gebruiken en zo verantwoord mogelijk.”
Bij de proef met legale wietteelt is de hoop dat mensen ook betere softdrugs gaan gebruiken, zonder bestrijdingsmiddelen bijvoorbeeld. De verwachting is dat als de gemeente daarop aanstuurt, een deel van de gebruikers geïnteresseerd zal zijn.
Blanksma hoopt dat er vaart komt in de landelijke proef. “Ik zeg, Nederland schiet op, dan kan ik op een legale manier hiermee beginnen en dan kan ik iets in preventie doen.”
Op de softdrugsmarkt in Helmond wordt ongeveer 10 miljoen euro omgezet per jaar. De ene coffeeshop is goed voor 1,5 tot 2 miljoen. Kortom, er valt wat te halen voor een tweede of derde coffeeshopexploitant. “Er klopt hier iedere week wel iemand aan die in Helmond een coffeeshop wil beginnen”, zegt Blanksma. “Maar het is gevoelig. Het gaat om veel geld.”