Leontien van Moorsel terug op de racefiets voor dochter: 'Mama niet vallen'
Tijdens de Volksronde in Roosendaal staan niet de huidige profwielrenners aan de start, maar juist de wielerhelden van vroeger. Voor het eerst in 45 jaar was er ook een wedstrijd voor oud-beroepsrensters.
"Waarom zou ik op 53-jarige leeftijd nog risico's nemen?"
Dat de in Boekel geboren Van Moorsel mee zou doen, was niet vanzelfsprekend. "Ik heb er best wel even over nagedacht, want waarom zou ik op 53-jarige leeftijd nog risico's gaan nemen?" Want er wordt tijdens de ronde gereden achter derny's door zowel de mannen als vrouwen.
Derny's zijn brommers die gangmaken en de renners uit de wind houden. Daar heeft Van Moorsel wel ervaring mee vanuit het baanwielrennen. Daarnaast was haar schoonvader Joop Zijlaard de allerbeste en bekendste gangmaker die Nederland ooit gekend heeft.
"Ik ben blij dat ze dit heeft mogen meemaken."
De reden dat Van Moorsel toch weer meedeed aan een race, was haar dochter Indy (16). "Ze hoort alle verhalen van vroeger, maar was er nooit bij. Ik ben heel blij dat zij dit heeft mogen meemaken." Al besefte zij ook dat zo'n wedstrijd niet zonder risico is. "Ze zei mama doe je best, winnen, maar vooral niet vallen." De wielrenster sport nog elke dag, maar doet dat wel zonder risico. "Dus dan met een heel peloton met 45 kilometer per uur een bocht induiken is wel iets anders."
Vallen deed de oud-wielrenkampioene niet. Achter de rug van haar zwager en gangmaker Ron Zijlaard won ze de Volksronde in Roosendaal voor Ellen van Loy en Liesbet de Vocht uit België. "Maar ik heb best wel afgezien."
"Leuk met alle collega's van vroeger."
Van Moorsel genoot van haar race. "Het is leuk om je collega's van vroeger tegen te komen, al reden er ook meiden tussen die 20 tot 25 jaar jonger waren dan ik." Dat ze haar rentree in een peloton juist in Roosendaal maakte, was niet zomaar. "Ik heb goede herinneringen aan de Draai van de Kaai en je heb hier de Brabantse gezelligheid natuurlijk", vertelt Van Moorsel.
Alleen of we haar vaker terug gaan zien in wedstrijden, is maar de vraag. "Daar ga ik nog eens een nachtje over slapen", zegt ze lachend.