Stalvloeren werken niet: nog 111 Brabantse veehouders mogelijk illegaal
De provincie Brabant wil al sinds 2017 dat boeren maatregelen nemen om hun stikstofuitstoot te verminderen. Ze worden daarom verplicht om hun stallen aan te passen. Varkens-, geiten- en pluimveehouders moeten luchtwassers plaatsen die een groot deel van de stikstof 'afvangt'. Melkvee- en kalverhouders moeten kiezen voor een vloersysteem dat uitstoot reduceert.
Nieuwe stalsystemen zijn duur. Daarom hebben de boeren die al zo'n systeem hebben aangeschaft ook allemaal hun veestapel uitgebreid, maar daarvoor hoor je een nieuwe natuurvergunning aan te vragen. Niet alle boeren die die vergunning hebben aangevraagd, hebben die ook gekregen. Bij 111 boeren oordeelde de provincie dat de stikstofuitstoot van hun bedrijf door de nieuwe stalsystemen niet zou toenemen. Deze boeren kregen een zogenoemde 'positieve weigering': een nieuwe natuurvergunning werd geweigerd, omdat die niet nodig zou zijn.
Onderzoek naar systemen
De universiteit Wageningen deed onderzoek naar de werking van de stalsystemen. In mei werden de uitkomsten gepubliceerd en die waren schokkend: vloersystemen voor melkvee werken helemaal niet, luchtwassers aanzienlijk minder dan beoogd. Boeren stoten dus veel meer stikstof uit dan mag. De gevolgen kunnen enorm zijn.
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wil de emissiefactoren van de verschillende stalsystemen nu aanpassen. Voor de 111 boeren die géén vergunning hebben gekregen van de provincie, maar een positieve weigering, dreigt een nieuwe crisis. Zij moeten alsnog een natuurvergunning aanvragen, maar de provincie geeft sinds 1 maart geen natuurvergunningen meer uit voor activiteiten die leiden tot extra stikstofuitstoot.
Arno van Son van ZLTO noemt het een onmogelijke situatie. "Het stallenbeleid in Brabant heeft ervoor gezorgd dat boeren onder grote druk hebben gehandeld. Ze zijn voortvarend aan de slag gegaan en krijgen nu het deksel op de neus. Dat is onacceptabel." Ook andere provincies hebben deze positieve weigeringen afgegeven, maar in Brabant zijn dat er, mede door het stallenbeleid, bovengemiddeld veel.
PAS-crisis 2.0
Deze 111 Brabantse veehouders kunnen worden gezien als de nieuwe PAS-melders. In 2015 mochten veeboeren die hun bedrijf wilden uitbreiden, met weinig extra stikstofneerslag als gevolg, dat doen zonder vergunning. Een melding maken was voldoende. Maar vier jaar later veranderde dat.
De PAS-melders kwamen in 2019 in de problemen toen de rechter een streep zette door de regeling. Daardoor waren ze in één klap illegaal bezig. In Nederland zijn er zo'n 2500 PAS-melders, waarvan ruim 500 in Brabant. Voor hen is er ook nog altijd geen oplossing in zicht. Er is geen stikstofruimte en dus kunnen deze bedrijven niet worden vergund.
Onrechtmatige overheidsdaad
Daar komen nu dus nog eens 111 bedrijven bij. Veehouders die aan de verplichting van de provincie wilden voldoen, maar nu opdraaien voor de gevolgen van een falend systeem. Volgens advocaat omgevingsrecht Ruud Verkoijen komen de veehouders in een bijzonder lastig parket. "Hier is sprake van een onrechtmatige overheidsdaad. Het is nu de vraag wat milieuorganisaties gaan doen en hoe de rechter daarover oordeelt."
Het is nog wel onduidelijk hoeveel 'te veel' deze boeren uitstoten. "Dat is afhankelijk van verschillende factoren, zoals de stal, het voer en hoe vies de vloer is. De uitstoot is niet bij elke ondernemer met dezelfde stalvloer of systeem hetzelfde", zegt Verkoijen.
Natuurorganisaties kunnen nu blijkt dat er veel meer stikstof wordt uitgestoten, handhavingsverzoeken indienen bij de provincie. Die moet dan optreden tegen de illegale situatie. Verkoijen noemt het 'niet netjes' dat de provincie de gevolgen afwentelt op de ondernemers. "Dit probleem is ontstaan door de overheid." Daar is Van Son het mee eens. "Dit leidt tot grote zorgen bij ondernemers. De overheid heeft een morele plicht om dit op te lossen."
De provincie Brabant laat in een reactie weten 'aandacht te vragen bij het rijk voor deze problematiek'.