Ernst Jansz (Doe Maar) maakt vrolijke liedjes over zijn verliefde ouders
Op zijn nieuwe album bezingt hij de liefdesgeschiedenis van zijn ouders. Hoe zijn moeder, een straatarm meisje uit Amsterdam Oost, zijn vader ontmoette tijdens een dansavond op het Rembrandtplein. De jongen met wie ze die avond was, kon niet walsen en toen greep een jonge student uit Nederlands-Indië zijn kans. En al walsend wist ze: dit is hem.
Ook dit keer maakt Ernst Jansz er weer een album van met een boek, zoals hij eerder deed over zijn jeugd in Amsterdam en over de jaren 70 in de hippiecommune in Neerkant. "Ik wilde vrolijke liedjes maken," zegt hij. "Een beetje zoals de vroege Beatles. Dat past goed bij de liefdesgeschiedenis van mijn ouders." Die maakten na hun ontmoeting ook moeilijke tijden door. Vooral tijdens de oorlog waarin ze beiden in het verzet zaten.
Kort na die oorlog werd Ernst Jansz geboren. Een keurige jeugd waarin hij tot plezier van zijn vader veel Chopin speelde op de piano en hij na het gymnasium biologie ging studeren. Maar dat kon hem niet boeien en toen zijn vader overleed, voelde hij zich vrij om het over andere boeg te gooien. Hij ging in de band CCC inc. spelen. De leden van die band en aanhang verhuisden in 1970 naar een boerderij in Neerkant. Tot afgrijzen van de plaatselijke bevolking, die helemaal niets op had met die groep langharige hippies.
Hoewel de moeder van Ernst teleurgesteld moet zijn geweest over de weg die Ernst koos, liet ze daar nooit iets van merken. "Ik heb me toen voorgenomen: zo wil ik ook voor mijn kinderen zijn."
Ernst is als enige van de toenmalige commune in Neerkant blijven wonen. Hier richtte hij in 1978 Doe Maar op. "Ik wilde zingen over de dingen in mijn leven, in een begrijpelijke taal. Niet meer in het Engels zoals bij CCC.'' De eerste jaren hadden ze weinig succes. "Mensen keerden ons de rug toe, popmuziek kon alleen in het Engels."
Dat veranderde drastisch toen de vorig jaar overleden Henny Vrienten zich bij Doe Maar aansloot. "Eerst wilde hij niet. Hij zei: leuke muziek, maar met Nederlandstalig is geen droog brood te verdienen. Later belde hij terug: ik doe het toch. Hij kwam binnen met drie geweldige liedjes." Die kwamen allemaal op het album 'Skunk' in 1981 waarmee de zegetocht van Doe Maar begon.
Ernst Jansz denkt nog weleens terug aan de overweldigende roem die hem toen ten deel viel. "Het is eigenlijk niet te doen. Iedereen maakt je heel groot, en dat is moeilijk te verenigen met het kleine mensje dat daarachter zit."
Het nieuwe album van Ernst Jansz komt waarschijnlijk dit voorjaar uit. Het is opgenomen in de Trypoul Recording Studios in Neerkant op loopafstand van zijn voormalige hippie-boerderij. Het album hoeft alleen nog gemixt te worden. Maar het boek is nog niet af. "Daar moet ik nu echt aan gaan beginnen," zegt hij, "maar toen kwamen in één keer al die liedjes, dus dat moest eerst."
'KRAAK. vraagt door' wordt elke woensdag uitgezonden om 17.15 en daarna herhaald. Het programma is ook online terug te zien en via Brabant+. Ook is er de podcast 'KRAAK. vraagt door'.