Haatberichten op social media: jonge sporters krijgen er les over bij NAC
De jeugdspelers van de Onder 15 worden bij NAC bijgepraat over het ‘leven als topsporter’. Dat gaat bijvoorbeeld over voeding en over de combinatie van school en topsport, maar ook over social media.
Sportpsycholoog Pleun van Ginneken: "Het is makkelijk om te zeggen dat je niks moet lezen op social media, maar het is tegenwoordig bijna onmogelijk om er niets van mee te krijgen. Als je zelf niets leest, heb je altijd vrienden en familieleden die wel berichten lezen."
"Wij vinden het vooral belangrijk om mee te geven hoe belangrijk zulke berichten nou eigenlijk zijn. We hebben het niet alleen over negatieve berichten, maar ook de positieve. Moet je daar je vertrouwen uithalen? Of haal je die uit gesprekken met je familie, zaakwaarnemer, trainer of ploeggenoten? En hoe voorkom je dat je zelf berichten gaat plaatsen waar je later spijt van kan krijgen? Overigens zijn social media zeker niet altijd verkeerd."
Dit zijn volgens Van Ginneken voordelen van social media:
- Het kan je helpen om je supporters en volgers te informeren.
- Je kunt als sporter een 'merk’ of imago creëren.
- Er staat veel onzin op social media, maar ook nuttige informatie die jou kan motiveren.
- Je weet wat je vrienden doen, ook als je ze niet vaak ziet.
De nadelen:
- Wat je erop zet kun je er nooit meer vanaf halen, ook al denk je soms van wel. Wil je dat dit nog online staat als je over drie jaar bij de rivaal van je huidige club speelt?
- Veel meer mensen dan je denkt zien je berichten, ook mensen die je niet kent.
- De ‘social media paradox’: mensen die de meeste tijd hebben om leuke dingen online te delen, brengen vaak de minste tijd met hun vrienden door.
- Online pesten en haatberichten komen vaak voor: bedenk wat dit met je doet. Welk belang hecht je aan anonieme criticasters?
- Wanneer je in goede tijden veel reacties online leest is het vaak verleidelijker om dit in slechte tijden te (blijven) doen. Veel sporters maken daarom een tijdje voor belangrijke wedstrijden hun ‘cirkel van invloed’ kleiner.
Van Ginneken heeft een gevarieerd takenpakket bij de Bredase club. Ze is bewegingswetenschapper bij het eerste elftal en de Onder 21, binnen de jeugdopleiding is ze sportpsycholoog. Er is ruimte voor persoonlijk contact. "Er hoeft echt niet altijd iets aan de hand te zijn. Het gaat erom hoe je je prestaties kunt bevorderen. Talentontwikkeling zit 'm niet alleen in het lichamelijke. Ik geloof erin dat als je goed in je vel zit, het ook beter gaat op het veld.”
Praten met een sportpsycholoog is tegenwoordig volledig geaccepteerd in de topsport. “Het helpt dat rolmodellen er openhartig over praten. In de voetballerij is Denzel Dumfries een goed voorbeeld. Op het WK presteerde hij helemaal niet slecht, maar hij zag ruimte voor verbetering. Na gesprekken met een sportpsycholoog ging het nog beter. Dit verlaagt de lat voor jongere sporters om aan de bel te trekken. Ze zijn niet alleen.”
Ajax voerde onlangs actie tegen 'social hate'.