Veertig uur per week voor nop werken: Gonny geeft alles voor haar omroep

26 februari om 19:30 • Aangepast 8 maart om 02:03
nl
Haar kinderen klaagden er wel eens over, als mamma weer ’s op pad was. Gonny Spermon (75) was soms wel veertig uur per week in de weer als vrijwilliger bij de Lokale Omroep Goirle (LOG). De omroep bestaat al vijftig jaar en is daarmee één van de oudste lokale omroepen van Nederland. Alles is veranderd, behalve Gonny’s drijfveer: “Ik wil de mensen laten zien wat er in het dorp gebeurt.”
Profielfoto van Tom van den Oetelaar
Geschreven door

Toen de omroep in 1988 in het cultureel centrum Jan van Besouw kwam, was de locatie een stuk glorieuzer, weet LOG-voorzitter Henk Gabriëls: “Een heel grote studio, in een ruimte twee keer zo hoog als dit. En vijf keer zo lang.” Gonny: “Dat hebben we allemaal op moeten geven, wat ik héél erg vond. Maar ja, anders waren we er misschien niet meer geweest.”

Goirle was in 1976, omdat iedereen in het dorp al kabel-tv had, één van de zes gemeenten die als eerste met een lokale omroep mocht beginnen. Met een subsidie van een ton werden camera’s gekocht, een studio ingericht en een regiewagen aangeschaft waarmee vrijwilligers uitzendingen op locatie konden maken.

Gonny is met haar 42 jaren bij de LOG een oudgediende. Begin jaren tachtig begon ze bij de omroep. Ze was moeder van drie kleine kinderen. “Ik wilde niet meer voltijd werken, maar ik wilde niet alleen maar thuiszitten.”

“Ik wilde bij de radio, dan hoef je niet met je gezicht op de buis.”

De voormalig chemisch analist was in 1978 in Goirle komen wonen, werken voor de lokale omroep was de ideale manier om de gemeenschap te leren kennen. “Ik wilde bij de radio, want dan hoef je niet met je gezicht op de buis. Maar daar waren al genoeg vrijwilligers waren, dus werd het tv.“

“Presenteren vinden de meeste mensen eng”, vult Gabriëls aan. Maar door het vertrek van twee presentatoren werd Gonny gevraagd. Ze kreeg een professionele opleiding van programmamakers uit Hilversum.

Gonny werd één van de honderd vrijwilligers. Geld kwam via subsidie, maar ook van de leden. Dat waren er in de hoogtijdagen 2500, die elk zo’n tien gulden contributie betaalden. “Er waren nog nauwelijks lokale omroepen, dus het was iets bijzonders”, legt Gonny uit. “Heel veel mensen herkenden me. Fijn, want daardoor was het ook makkelijk om mensen voor de camera te krijgen voor bijvoorbeeld straatinterviews.”

"Elke week bouwden we een decor."

Kijkcijferkanon in die dagen was de uitzending van de gemeenteraadsvergadering: “Daarmee waren we de eerste.” Ook ‘LOGtualiteiten’, het wekelijkse nieuwsprogramma was populair. Verder was er een kinderprogramma, een kookprogramma en zelfs een soap: ‘Bij Joke’s’. Gonny: “Dat was echt geweldig. Elke veertien dagen bouwden we hier een decor op. De verhalen waren op Goirlese toestanden geschreven.”

Maar de tijden veranderden. Er kwam steeds minder geld van de gemeente. Omdat er meer lokale omroepen kwamen, ging de glans ervan af en nam het aantal vrijwilligers af. En nu iedereen met z’n mobiele telefoon zelf filmpjes kan maken, zit de klad er helemaal in.

Toch vindt Gonny het nog steeds leuk om te doen. “Ik vind het ook belangrijk dat een dorp z’n eigen omroep heeft. Dat je laat zien wat er in je dorp gebeurt: hoe mooi wil je het hebben?”

Gonny’s enthousiasme ten spijt: de LOG wordt wel in z’n voortbestaan bedreigd. Omdat lokale omroepen verplicht moeten fuseren, zal de Goirlese omroep binnen enkele jaren opgaan in één grote streekomroep in Midden-Brabant. Gonny hoopt dat ze met de LOG nog een vast uitzendpunt houdt: “Zodat we onze eigenheid nog kunnen laten zien.”

Gonnie aan het werk als presentator van LOGtualiteiten (foto: LOG).
Gonnie aan het werk als presentator van LOGtualiteiten (foto: LOG).

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!