Fleur is een natuurtalent. Op 13-jarige leeftijd startte ze pas met handboogschieten en al snel was haar talent zichtbaar. “Ik heb eerst getennist en jarenlang paardgereden. Mijn zus werd lid van een handboogschietvereniging en ik heb haar voorbeeld gevolgd. Binnen een jaar zat ik al bij het Regionale Trainings Centrum en vervolgens bij Jong Oranje. Om echt de stap naar de top te maken, moet je naar Papendal. Toen dat telefoontje kwam, zag ik een verhuizing wel zitten.”

Haar leventje kwam er heel anders uit te zien. Ze leerde het uitgaansleven niet kennen, want sport staat in haar leven iedere dag centraal. “Het is een heel andere levensstijl. Thuis ging ik naar school, maakte ik een beetje huiswerk en ging ik daarna chillen of met vriendinnen wat leuks doen. Zelfstandig wonen was een grote stap, ik heb veel achter moeten laten. Mijn vriendinnen zie ik bijvoorbeeld minder vaak, dat moet ik accepteren. Mijn familie had er in het begin moeite mee, maar ze blijven trouwe supporters. Ze kunnen niet overal meer bij zijn, maar ze komen kijken waar en wanneer het kan.”

“Mijn keuze voor Papendal is het allemaal waard, want ik weet waar ik het voor doe. Ik word goed begeleid, van een lifestylecoach tot een studie-intermediair. De route naar de top loop je zeker niet alleen. Wat het wat gemakkelijker maakt, is dat de sfeer bij het Nederlands team erg goed is, ook buiten de baan. Onderling is het gezellig, maar het kan er ook heel serieus aan toegaan. We halen het beste in elkaar naar boven.”

Dag in, dag uit staat Fleur vier tot zes uur op de baan om haar pijlen richting een bord zeventig meter verderop te schieten. Ook zit ze regelmatig in het krachthonk en werkt ze aan haar conditie. Op mentaal vlak krijgt ze hulp van een haptonoom. “Ik richt me momenteel puur op het schieten. Gelukkig kan ik daarnaast, vanaf september, beginnen met een studie fysiotherapie. Ik merk wel dat alleen sporten heel veel vergt. Het is goed om me ook ergens anders op te kunnen focussen.”

Binnen TeamNL is Fleur momenteel de vierde vrouw, dus is ze reserve voor de Olympische Spelen. “Ik ben er klaar voor mocht het nodig zijn. Ik hoop uiteraard niet dat een teamgenoot geblesseerd raakt, maar stel dat er iets gebeurt, dan wil ik me zo goed mogelijk laten zien.”

De Olympische Spelen van 2028 in Los Angeles zijn haar grote doel. “Ik wil de komende jaren zoveel mogelijk ervaring opdoen. Mijn ploeggenoten zijn allemaal op jonge leeftijd begonnen, maar ik ben een laatbloeier. Er zijn voor mij nog veel punten die beter kunnen. Ik ben een perfectionist.”