Jan reist als poolbiljarter de wereld rond dankzij dat ene etentje
Van voetbal, golf tot Formule 1, Saudi-Arabië steekt veel geld in topsport. Deze maand kwamen de beste poolbiljarters ter wereld naar het land, onder wie Jan uit Deurne. “Vorig jaar leverde de wereldtitel 60.000 dollar op, dit jaar 250.000 dollar. Het toernooi was geweldig opgezet. Sportief werd het niet wat ik had gehoopt, maar dat heb je soms in de topsport.”
Jan maakte van zijn hobby zijn werk. Het klinkt als een droombaan, want regelmatig zit hij in het buitenland voor toernooien. Van Amerika tot Vietnam en van Europese landen tot Saudi-Arabië. “Ik richt me puur op de sport, maar als ik dan toch eerder ben uitgeschakeld, heb ik nog een of twee dagen om de omgeving te bezoeken.”
Het lukt Jan om te leven van zijn sport. “Ik krijg hulp van sponsoren en heb via de bond een selectiestatus. Als ik in juli een medaille pak op het EK, dan krijg ik een A-status van NOC*NSF. Dat zou een mooie beloning zijn voor het harde werken.”
“Er is ook prijzengeld en het is een goede ontwikkeling dat er voor ons meer te verdienen valt bij grote toernooien. Ik ken jongens die hun maatschappelijke carrière opgeven om prof te worden. Binnen poolbiljart is de concurrentie echter heel groot. Je hebt vrijwel nooit dezelfde namen die de titels pakken. Ik sta 72-ste op de wereldranglijst en het is een doel om te stijgen.”
"Ik heb geen baan of studie, ik wil met sport het beste uit mezelf halen."
Op het WK deed hij mee aan 9-Ball, waarbij je de genummerde ballen op volgorde wegspeelt. Maar ook in andere disciplines doet hij mee in de top. De veelvoudig nationaal kampioen traint vaak, om zo een hoog niveau te halen. “Iedere dag train ik vijf a zes uur. Ik heb geen baan of studie naast het poolen, ik wil met de sport het beste uit mezelf halen.”
Na het poolen gaat hij regelmatig naar de sportschool. “Je speelt soms twee of drie wedstrijden per dag en dat kost veel energie. Het is daarom belangrijk om conditioneel goed in orde te zijn. Ook doe ik aan krachttraining. Met poolen gebruik ik veel mijn rechterarm, dus wil ik ook de linkerkant onderhouden.”
"Vergelijk de houding bij poolbiljarten met wielrennen."
“Lichamelijke ongemakken heb ik nooit. Al vanaf mijn negende train ik zoveel dat mijn lichaam eraan gewend is. Vergelijk het met wielrennen. Als je dat voor de eerste keer doet, wil je na een uur of twee stoppen. Maar als je de houding op de fiets eenmaal gewend bent, is het geen probleem meer.”
Voorheen deed Jan ook aan meditatie, maar dat heeft hij ingeruild voor ademhalingsoefeningen. “Spanning is er altijd. Het gaat erom hoe je ermee omgaat. Ik draai al zoveel jaren mee, dat ik er aan ben gewend. Soms pas ik wel ademhalingsoefeningen toe, dat kan fijn zijn tijdens een wedstrijd.”