De enorme spin die Bram zag is een beschermd dier, Frans vertelt meer

18 augustus om 09:45 • Aangepast 31 augustus om 02:05
nl
Boswachter Frans Kapteijns deelt wekelijks zijn kennis van de natuur op de radio. Luisteraars kunnen vragen insturen via [email protected]. Dit keer besteedt hij aandacht aan een Zweedse vlindervraag, een spin uit Spanje, een gevaarlijke kever en een zonnebadende rups.

Iedere zondag is er ook een nieuwe aflevering van de Stuifmail-podcast. Beluister de podcast hier:

Wachten op privacy instellingen...

Heel grote spin gevonden
Bram Heesterbeek kwam een heel grote spin tegen. Hij meldt me dat hij nog nooit eerder zo’n grote zag. De foto’s die hij stuurde, zei mij niets dus heb ik spinnenexpert Jinze Noordijk gevraagd of hij er eens naar wilde kijken. Hij reageerde meteen en gaf de naam Spaanse stierspin (macrothele calpeiana), een exoot die af en toe wordt aangetroffen in ons land.

Een Spaanse stierspin (foto: Bram Heesterbeek).
Een Spaanse stierspin (foto: Bram Heesterbeek).

Vermoedelijk komen ze mee bij de import van potplanten, voornamelijk olijfbomen, door tuincentra. Normaal leven Spaanse stierspinnen in het zuiden van Spanje en Portugal. Jinze vindt het een bijzonder mooi exemplaar. Helaas heeft Bram het diertje niet meer, anders hadden we gevraagd of hij deze Spaanse stierspin zou willen opsturen. In Europa is deze Spaanse spinnensoort een beschermd dier. Mocht overigens Bram het diertje nog weten te vinden, dan mag hij mij komende maandag even bellen om iets af te spreken. Daarnaast kan hij eens kijken op de volgende link, daar staat nog meer over de Spaanse stierspinnen.

Diana is nieuwsgierig welke vogel zij dood vond (foto: Diana de Rooij).
Diana is nieuwsgierig welke vogel zij dood vond (foto: Diana de Rooij).

Een dode vogel in een tuin
Op de verjaardag van Diana de Rooij vond ze een prachtige vogel in haar tuin, maar die was helaas overleden. Toch wil ze graag weten welke soort het is. Gezien de grootte en het verenpak met wat gele vlekken denk ik aan een zanglijster. Op de buik hebben zanglijsters aan de onderkant - en zeker in de flanken - van het verenpak de kleuren bruin en geel en die zie je ook op de foto.

Zanglijsters worden maximaal 23 centimeter groot en dus iets kleiner dan een merel, die maximaal 24 centimeter wordt. Al vroeg in het voorjaar - dat kan al vanaf januari zijn - hoor je het prachtige gezang van de zanglijster vanuit meestal de hoge toppen van bomen. Elk voorjaar wacht ik die prachtige luide en gevarieerde zang af in mijn buurt en dan denk ik al aan de lente. De naam van deze vogel is in het Frans veel mooier en geeft aan dat het een prachtige zanger is. Die naam is grive musicienne, maar ook grive chanteuse wordt door Fransen gebruikt.

Een blauwzwarte schallebijter of lederschallebijter (foto: Angélique Goedhart).
Een blauwzwarte schallebijter of lederschallebijter (foto: Angélique Goedhart).

Raar dood insect gezien in het Geuldal
Angélique Goedhart kwam tijdens een mooie wandeling in het Geuldal een raar dood insect tegen. Ze vraagt zich af wat het is. Volgens mij is dit een blauwzwarte schallebijter of een lederschallebijter, maar ik ga voor de eerste soort. Beide kevers behoren tot de familie van de loopkevers, maar vormen een apart geslacht. Er zijn in totaal tweeduizend soorten schallebijters en Nederland kent er zo’n kleine veertig. Alle schallebijters zijn enorme rovers: niet alleen de volwassen (imago’s) dieren, ook hun larven. Ze gaan vooral op jacht naar diverse soorten insecten en wormen die op de grond leven of daarop landen. Je vindt schallebijters dus vooral op de bodem en zelden in bomen of struiken. De blauwzwarte schallebijter is een echt nachtdier en kan niet vliegen. Lopen kan deze kever heel goed, dit kan weleens 75 meter per nacht zijn. Je komt deze mooie kever zeker tegen in het Limburgse land, maar noordelijker niet.

De rups van de nachtvlinder kroonvogeltje (foto: Toke de Vries).
De rups van de nachtvlinder kroonvogeltje (foto: Toke de Vries).

Wat is de naam van deze rups?
Toke de Vries maakte een foto van een rups, maar kwam niet achter de naam. Zo te zien is dit de rups van de nachtvlinder met de mooie naam kroonvogeltje, een tandvlinder-familielid. Rupsen van deze nachtvlinder soort kom je meestal tegen tussen juni en oktober. Dan zie je ze op allerlei soorten loofbomen, jong en oud, maar het meest op beuken en zomereiken. Als de rupsen voldoende gegeten hebben, gaan ze verpoppen in een cocon onder de grond. Ze overwinteren daar en in het voorjaar, zo half april, komen de eerste volwassen nachtvlinders uit de pop gekropen.

Het kroonvogeltje (foto: Saxifraga/Rutger Barendse).
Het kroonvogeltje (foto: Saxifraga/Rutger Barendse).

De naam kroonvogeltje heeft deze nachtvlinder al lang. Helaas weten we niet waarom het woord vogeltje is gebruikt, maar wel waarom het woord. Dat slaat op het kapje op de kop bij de vlinder.

De rups van de kleine beer (foto: Matthijs).
De rups van de kleine beer (foto: Matthijs).

Wat zat er aan de zijkant van mijn gieter?
Matthijs uit Tilburg vond een bijzonder insect aan de zijkant van zijn gieter. Zo te zien aan de vele haren is dit de rups van de kleine beer, een nachtvlinder. Deze rupsen - en natuurlijk ook de bijbehorende nachtvlinders - komen vooral op zandgronden voor. Je kunt ze daar overal tegenkomen: in heidegebieden, op schrale graslanden, op open plekken in de bossen maar ook op arme braakliggende landbouwgronden en zelfs in Brabantse tuinen (maar dan moeten er wel open plekken zijn).

Een kleine beer (foto: Saxifraga/Peter Gergely).
Een kleine beer (foto: Saxifraga/Peter Gergely).

Je ziet ze dan eten op de gewone struikhei, weegbreesoorten, brem en zelfs op de kardinaalsmuts. Soms kom je de rups van de kleine beervlinder zonnebadend - want dat doen rupsen van de kleine beervlinder graag - tegen op een zandpad. Dit zie je vooral in het najaar en in het daaropvolgende voorjaar. Je ziet ze dan op open plekken lekker genieten van een zonnebad. Dit kan omdat deze soort overwintert als rups.

Wachten op privacy instellingen...

Tussen de paarse heide – Jacq Jansen
Tegenwoordig zie je elk jaar van half augustus tot half september de heide - dan bedoelen we de gewone struikhei - prachtig paars in bloei staan in Brabant. Het is een ware lust voor het oog. Het is alsof de natuur haar mooiste penseelstreken heeft gebruikt om ons te verrassen. Overigens zijn er in Brabant heel veel prachtige stukjes natuur dichtbij te vinden. En oh ja, wacht niet te lang want in september neemt de kleur weer af. Zie ook de bovenstaande mooie film van Jacq Jansen, compleet met reeën.

Een geelschouderspanner (foto: Vincent Relleke).
Een geelschouderspanner (foto: Vincent Relleke).

Welke speciale vlinder zat er op een wand in Zweden
Vincent Relleke woont al een tijdje in Zweden en komt daar veel nooit eerder geziene insecten tegen. Hij stuurde mij een foto van een heel speciaal diertje. Op de foto is een mooi geel insect te zien. Dit insect heeft duidelijk de kenmerken van een vlinder, meer bepaald een nachtvlinder. Op de wand zie je de nachtvlinder geelschouderspanner zitten. Wat meteen opvalt bij deze nachtvlinder is de kleur geel en dan vooral het prachtige geelbehaarde borststuk. Deze nachtvlinder kom je vooral tegen tussen half juli en half oktober, maar in Zweden zal dat eerder zijn tot half september. Deze soort overwintert als ei op voornamelijk de els, maar ook op andere loofbomen en struiken zoals de berk, de wilg, de blauwe bosbes en de sleedoorn. Uit het ei komt vervolgens een rups gekropen, die vooral in de nacht actief is. Is de rups eenmaal volgevreten, dan gaat de verpopping plaatsvinden in de strooisellaag of vastgesponnen aan kleine planten.

Een zuidelijke keizerlibel (foto: Wilfred Pen).
Een zuidelijke keizerlibel (foto: Wilfred Pen).

Deze libellensoort had ik nog nooit gezien
Wilfred Pan stuurde mij een foto van een libellesoort die hij nog nooit eerder had gezien. Op de foto is duidelijk te zien dat het in de groep van de libellen gaat om een echte libel en niet om een van de juffers. Deze echte libel behoort tot het geslacht van de glazenmakers waar ook bijvoorbeeld de grote kiezerlibel en de paardenbijter bij thuishoren. Op de foto van Wilfred staat een zuidelijke keizerlibel, een vrouwtje. Heel bijzonder, want deze soort is redelijk zeldzaam al wordt ze steeds vaker waargenomen in het zuiden van ons land en dus ook in Brabant. Zuidelijke keizerlibelen komen graag bij allerlei stilstaande wateren, vooral grotere waterplassen, met veel begroeiing en zandige bodems. In zo’n biotoop leggen de vrouwtjes hun eitjes en dan blijven de larven/nimfen een tot twee jaar in deze waterbiotoop.

Wat voor een bolletje zit er op de bast van een boom?
Marieke de Wit leest met plezier Stuifmail op de website en geniet van de oneindige hoeveelheid levensvormen die in deze rubriek passeren. Tijdens een wandeling zag ze een bolletje op de bast van een boom. Ze wilde natuurlijk graag weten wat dit is. Zelf denkt ze aan een soort mos. Marieke heeft helemaal gelijk, het is inderdaad een soort mos: gewoon muisjesmos. Je ziet dit gewoon muisjesmos als kleine compacte kussens op boomstammen, maar ook stenen van muren. De kleur kan erg variabel zijn: van zwart (bij nat weer) tot blauwgroen met een grijze glans (bij droog weer). Je komt gewoon muisjesmos vooral tegen in gematigde streken, zelfs tot een hoogte van drieduizend meter. De bolvorm is erg nuttig, want de oppervlakte is klein ten opzichte van de inhoud. Daardoor houdt deze mossensoort verdamping tegen en dus ook uitdroging.

Een mannetje en vrouwtje van de koninginnenpage (foto: Amber Jorna).
Een mannetje en vrouwtje van de koninginnenpage (foto: Amber Jorna).

Rubriek mooie foto’s
In de rubriek mooie foto's dit keer een foto die gemaakt is door Amber Jorna. Zij legde iets heel bijzonders vast: een vrouwtje en een mannetje van de koninginnenpage op een vlinderstruik. Het is sowieso al moeilijk om een koninginnenpage te fotograferen. Ze beide vastleggen is helemaal geweldig!

Natuurtip; Vleermuizen in de Loonse en Drunense Duinen
Zaterdag 24 augustus kun je van halfnegen tot halfelf 's avonds deelnamen aan een vleermuizenexcursie.

Vroeger wisten mensen nauwelijks iets van de vleermuis af. 'Onbekend maakt onbemind' is helaas ook bij de vleermuis het geval. Gelukkig is de afgelopen decennia veel over het leven van deze mysterieuze zoogdieren bekend geworden. Het blijkt dat er veel fabels bestaan en dat de vleermuis absoluut niet eng is. Onze excursieleider neemt je mee in de leefwereld van de vleermuis. Met de bat-detector zoeken we de mooiste plekjes op om deze vliegende zoogdieren op te sporen.

Meer informatie:
• Aanmelden is verplicht en kan via deze link.

• Vertrekplek is de parkeerplaats Bosch en Duin aan de Schoorstraat 50 in Udenhout.

• Deelname kost 12,50 euro, leden van Natuurmonumenten betalen 8,75 euro.

• Deze excursie is gericht op volwassenen. Oudere kinderen zijn onder begeleiding van een volwassene ook welkom.

• Trek stevige wandelschoenen aan.

• Draag kleren die passen bij het weer.

• Controleer jezelf achteraf altijd op teken!

• Honden mogen niet mee.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!