Waar een klein dorp groots in is: eerste dag op zelf opgerichte school
“Ik vind het superspannend, maar ook heel leuk”, zegt Sam uit groep vier, vijf en zes. Omdat er nog maar 35 kindjes zijn, worden de groepen samengevoegd. Met een glas appelsap proost Sam met de andere kinderen op deze allereerste schooldag op de nieuwe school.
Waar in andere kleine dorpen de school sluit, gaat in Oostelbeers juist een school open. Het was een hele klus voor de ouders. “Het is een bijna een baan erbij geweest om dit van de grond te krijgen”, verzucht vader en initiatiefnemer Maarten Smits.
Oostelbeers heeft al een basisschool. Die school moet over een jaar op een andere locatie verder gaan, in Middelbeers. Dan zou Oostelbeers zonder school komen te zitten. “Het is fijn om in het dorp zelf een school te hebben”, zegt initiatiefnemer Maarten. “Ook wilden wij een ander soort onderwijs, waardoor ouders kunnen kiezen.”
Het was een lange weg voordat de school eindelijk open kon gaan. ”We hebben er veel tijd en energie in moeten steken. Je moet ouderverklaringen verzamelen, want je moet voldoende steun van ouders hebben om de school te starten. Daarna moet er een plan komen dat je moet verdedigen voor de onderwijsinspectie."
Twee jaar geleden kregen de ouders groen licht. De aanvraag om zelf een school op te mogen richten was goedgekeurd door het ministerie van Onderwijs. "Pas daarna komt het echte werk: het gebouw, leerlingen en leerkrachten. Ik ben blij dat het erop zit. Dit is het resultaat. Ik ben er supertrots op.”
Ilse Wassink werd als directeur van de school aangetrokken. “Dat ouders in Nederland zo’n initiatief nemen, gebeurt niet vaak in Nederland. Dat je in zo’n klein dorp zoiets groots neerzet, is geweldig.”
Op deze eerste dag zitten de oudere kinderen van groep een, twee en drie netjes aan een tafeltje te werken, terwijl kleuters op de grond aan het knutselen zijn. Volgens Wassink werkt het goed dat de kinderen van verschillende leeftijden door elkaar zitten. Dat past ook bij de visie van de school. “Ze mogen van en met elkaar leren. En we hebben nog een extra lokaal waar we ook losse instructies kunnen geven.”
Het is de bedoeling dat er binnen twee schooljaren vijftig kinderen op de school zitten. “We gaan onze visie nog verder uitwerken. Dat gaat geen probleem zijn.”
Sam is intussen alle spanning kwijt. Zijn nieuwe etui ligt op tafel, naast het lesmateriaal. Als de ouders het lokaal uit zijn, zit hij tevreden aan een tafel een kleurplaat over de zomer te kleuren. De school is weer begonnen.