Boeren kraken de nieuwe mestplannen van minister Wiersma

13 september om 19:22 • Aangepast 26 september om 02:02
nl
De plannen van minister Femke Wiersma van Landbouw (LVVN) om de mestcrisis aan te pakken schieten veel boeren in het verkeerde keelgat. Ook belangenorganisatie ZLTO maakt zich grote zorgen. "Pijnlijke maatregelen zijn nodig, maar dan wél in samenhang met perspectief", zegt bestuursvoorzitter Wim Bens.
Profielfoto van Tessel Linders
Geschreven door

De mestbrief is volgens Bens een klap in het gezicht van veel veehouders. Niet alleen omdat velen van de BBB wellicht iets anders hadden verwacht, maar vooral ook omdat met alle maatregelen die worden aangedragen, het acute probleem niet wordt opgelost.

"Het is allemaal op de lange termijn."

"Het zoet op korte termijn ontbreekt. De minister zet in op innovaties zoals RENURE (mineralenconcentraten) en daar zijn we natuurlijk heel blij mee. Daarnaast wil ze in Europa inzetten op een nieuwe uitzondering om meer mest uit te mogen rijden per 2026. Maar het is allemaal op de lange termijn."

Perspectief op korte termijn ontbreekt dus, en dat is volgens Bens funest voor het draagvlak. Daarnaast is het gewoon nodig om te voorkomen dat honderden boeren bankroet gaan. In haar plannen spreekt Wiersma ook over het meer exporteren van mest, maar ook dat is niet zomaar geregeld. "In de provincie kunnen versneld mestverwerkingslocaties aangewezen worden om mest te verwerken, te verwaarden en te exporteren. Het is alleen niet duidelijk hoe de minister die locaties wil gaan realiseren."

"Het aantal dieren in Brabant neemt af."

Op de vraag of minder dieren niet gewoon de beste oplossing is voor een mestoverschot zegt Bens dat daar al aan wordt gewerkt. "Het aantal dieren in Brabant neemt af, dus de mestproductie gaat automatisch al omlaag. Het acute mestprobleem komt doordat er vanwege nieuwe normen voor waterkwaliteit minder mest op grasland gereden mag worden."

Het terugdringen van de dieraantallen door de minister bestaat er tot nu toe uit, dat bij verkoop van het bedrijf de dierrechten worden áfgeroomd'. De nieuwe eigenaar mag dan minder dieren houden. Voor rundvee gaat het om een afroming van 30 procent, voor varkens 25 procent en voor pluimvee 15 procent. Bens heeft er grote problemen mee.

"Zo wordt een innovatieve sector die voorop loopt alsnog gestraft."

"Het wrange is dat extra maatregelen, bijvoorbeeld voor kippen, per saldo niet bijdragen aan een betere waterkwaliteit. Bijna 100 procent van alle pluimveemest gaat naar een biomassacentrale. Dit komt geheel niet op de bodem en in het water terecht. Zo wordt een innovatieve sector die voorop loopt alsnog gestraft."

Daarbij heeft elke diercategorie een eigen mestplafond. Varkensboeren en kippenboeren blijven daar al jaren onder. Dat ook deze boeren nu worden geraakt met zo'n maatregel voelt voor hen niet eerlijk. Deze boeren hebben daarnaast in de afgelopen tijd al verregaande maatregelen genomen en dus investeringen gedaan om hun uitstoot naar beneden te krijgen.

Waar Wiersma vrijdag nog geen duidelijkheid over wilde geven, is het invoeren van een graslandnorm. Met Brussel is afgesproken dat de melkveehouderij in 2032 grondgebonden is. Dat betekent dat een boer voldoende (gras)land moet hebben om alle geproduceerde mest op uit te kunnen rijden. Een graslandnorm, maximaal aantal dieren per hectare, kan daarbij helpen.

Haar voorganger Adema wilde zo'n norm invoeren. Boeren zijn daar fel op tegen, omdat er niet altijd grond te vinden is. En het alternatief is dat er dieren moeten worden weggedaan. Het zwaarbevochten Landbouwakkoord sneuvelde onder meer op de graslandnorm. Wiersma weet dan ook nog niet zeker of ze deze weg wil bewandelen en wil eerst nog beter kijken naar de economische en de ruimtelijke effecten.

"De concurrentie op de grondmarkt is te groot."

Bens waarschuwt dat een graslandnorm voor veel boeren in Brabant de doodsteek betekent. "Zeker in Midden- en Oost-Brabant hebben bedrijven minder grond onder hun bedrijf. (Jonge) boeren zijn financieel niet in staat om op korte termijn veel grond te verwerven. Daarvoor is de concurrentie te groot op de grondmarkt."

Met deze mestplannen zijn de zorgen dus nog alles behalve weggenomen. Want met de wens om de Nitraatrichtlijn aangepast te krijgen in Brussel, en dieraantallen te verminderen door stoppersregelingen en afroming bij verkoop is het nog maar de vraag of Nederland onder het vastgestelde mestplafond voor 2025 kan blijven.

"Met de sector valt te praten, ook over pijnlijke maatregelen."

Want als dat ondanks alle plannen niet lukt, blijft er slechts een generieke korting over. Dan moet elk bedrijf dieren weg gaan doen. Iets waar veehouders niet aan moeten denken. Bens blijft ondanks die donkere wolk toch positief. "Ik zie dat deze minister echt wel wil en heel hard haar best doet. Ook met de sector valt echt te praten over een uitweg uit de mestcrisis, ook als daar pijnlijke maatregelen voor nodig zijn. Maar dan wél in samenhang met nieuw perspectief."

LEES OOK: Ingrijpend mestpakket van BBB-minister gaat Brabant hard raken

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.

Deel dit artikel
Download de app en draag het gevoel van hier altijd bij je!