Deze gigantische bladluis komt oorspronkelijk uit Azië, weet Frans
Waaruit bestaan de druppels op het plantje zonnedauw?
De naam zonnedauw bestaat uit zonne en dauw en beiden hebben een andere betekenis dan men vermoed. Allereerst de naam zonne, die naam heeft niets te maken met de zon, maar het oude woord zond en dat betekent zoveel als groot of veel maar dat woord zond kom je enkel nog tegen in zondvloed. En ook het woord dauw is vreemd, want de druppels op zonnedauw drogen nooit uit. Ze lijken wel erg veel op dauwdruppels, vandaar vermoedelijk de naam. Die doorzichtige druppels op zonnedauw zijn dus geen dauwdruppels, maar in feite eutectische mengsels, voor meer uitleg, zie deze link In planten zitten vele soorten stoffen zoals appelzuur, citroenzuur, glucose, fructose, sucrose, aminozuren etc. Welke druppels, de zogenaamde NADES, het precies zijn, die een mengsel op zonnedauw vormen en dus samensmelten, heb ik nog niet kunnen vinden. Zeker zijn die bolletjes NADES op zonnedauw zoet, kunnen niet indrogen en er zitten stofjes bij die kunnen plakken en wellicht zit in die NADES op zonnedauw ook iets bij wat de insecten lokt.
Mooi groot vruchtlichaam op een stuk gezaagde eikenstam. Wat is de naam van de zwam?
Gert-Jan Hehemann zag op een stuk gezaagde eikenstam mooie grote zwammen en hij vroeg zich af om welke soort het ging? Wat hij gezien heeft, zijn de heel mooie hoeden van de zwam met de fraaie naam zadelzwam. Deze boomzwam kom je het meest tegen op iepen en beuken en zowel op levende bomen als op dode. De hoeden van zadelzwammen zijn waaiervormig en lijken een beetje op een zadel. Ze kunnen maximaal veertig centimeter breed worden. Van boven zijn ze geelbruin en ze hebben bruine schubben. De geur van de hoeden van zadelzwammen is heel typisch, ze ruiken naar meel. De hoeden zijn overigens eetbaar, zolang ze nog niet verhout zijn.
Wat voor soort insect is dit?
Jeroen van Vessem fotografeerde een diertje, stuurde mij de foto en vroeg zich af wat hij gefotografeerd had. Volgens mij staat er op de foto een dromedarisluis. Dromedarisluizen kwamen hier oorspronkelijk niet voor, maar hebben zich vanuit Azië over de hele wereld verspreid. Het zijn meteen de grootste onder de bladluizen en kunnen bijna 6 mm groot worden. Je komt ze vooral tegen op wilg en ook wel op populier. En net zoals alle bladluizen scheiden zij een vloeistof af en die is dieprood van kleur. Je komt ze niet vaak solo tegen, want ze leven in dichte kolonies. Vanaf juni tot begin november kan je die kolonies tegenkomen. De naam heeft deze bladluis te danken de opvallende bult op zijn achterlijf.
Sinds 2 jaar staat deze plant al in mijn tuin, maar wat is het?
Bert Merkx ziet sinds 2 jaar een struikachtige plant in zijn tuin opkomen en hij vraagt zich af welke plant het is? Volgens mij hebben we hier te maken met groot kaasjeskruid een van de leden van de kaasjeskruidfamilie. De naam heeft deze familie te danken aan het feit dat de vrucht, met aaneensluitende zaden, de vorm heeft van een plat rond kaasje. Sommige zeggen zelfs dat het geheel wel lijkt op een Goudse kaas. De wetenschappelijke naam is Malva sylvestris en sylvestris verwijst naar de originele standplaats van die plant en dat is bos. Voor het woord Malva zijn twee verklaringen, namelijk ten eerste denkt men dat het afgeleid is van het Oudgriekse woord 'malassoo' en dat betekent verzachten. Een ander verklaring is dat Malva afgeleid is van het Hebreeuwse woord 'malluah' en dat betekent zout van smaak. Kortom; niet echt met kaas te maken. Groot kaasjeskruid komt in geheel Europa voor. Tegenwoordig worden deze planten ook verkocht als tuinplanten en die willen wel eens ontsnappen uit tuinen en in ander tuinen opkomen.
Gevonden een rups, die pop laten worden en vervolgens vlinder, maar welke is het?
Anke de Swart en haar zoon hebben echt aan natuurbeleving aan huis gedaan. Haar zoon vond een rups en die hebben ze ontwikkelen tot pop. Zo ontzettend leuk dat zij dat samen gedaan hebben!
Daarna kwam uit de pop een nachtvlinder, die ze losgelaten hebben. Hoe mooi is dat alles, maar nu willen ze weten wat voor nachtvlinder het was. Volgens mij is het een rups en een nachtvlinder (imago) geweest van de grauwe grasuil. Grauwe grasuilen komen redelijk veel voor in ons land en ze komen graag af op licht en op vettig vuil. Daarnaast bezoeken die nachtvlinders ook bloemen en de rupsen komen af op, wat de naam eigenlijk al zegt, grassen, vooral kweek en pijpenstrootje.
Zondag nog een aflevering van Stuifmail met tips en uitleg van Frans Kapteijns over alles wat bloeit, groeit en zoemt in de natuur. En natuurlijk is de boswachter dan ook te horen op de radio en is er een nieuwe aflevering van de Stuifmail-podcast.