Voor Brabantse atletes zorgde EK-goud voor een dubbele emotionele ontlading
Het was een bizar uur, geeft Cathelijn Peeters toe. “In het begin was het nog wel leuk, er leek nog niets aan de hand. We hebben gefeest op de baan.” Slotloopster Femke Bol kwam overtuigend als eerste over de streep, nota bene in een nieuw Nederlands record.
De sfeer sloeg om toen de Britste ploeg protesteerde. Cathelijn Peeters zou een fout gemaakt hebben tijdens haar wissel met Femke Bol. De Bossche gaaf het stokje over en stapte uit de baan, maar daarbij zou ze de Britse hebben gehinderd. Het protest werd gehonoreerd en de Nederlandse ploeg werd gediskwalificeerd.
“Als dit echt tot diskwalificatie zou hebben geleid, zou ik me heel schuldig hebben gevoeld”, zegt Peeters een dag later, met de gouden medaille om haar nek. De diskwalificatie werd weer teruggedraaid na protest van de Nederlandse equipe. Cathelijne was zich van geen kwaad bewust. Ze had de Britste helemaal niet gezien of gevoeld. “Ik heb geen ogen in mijn achterhoofd. Ik snap dat het lijkt alsof ik haar hinder, maar de atletiekunie had beelden van de zijkant waarop je kunt zien dat er best wat ruimte zit tussen haar en mij. Ze schrok wel van mij, maar ik heb haar niet gehinderd.”
En die conclusie trok de jury uiteindelijk ook, daardoor kon Cathelijne alsnog voor de tweede keer juichen voor goud. Maar dat ziet Peeters niet als voordeel. “Ik had toch liever gehad dat het bij een keer juichen was gebleven.”
Ook voor Nina Franke voelde de afloop van de race als 'een achtbaan aan emoties'. Ze was nog vol ongeloof dat ze het EK-goud had behaald, dus de daarop volgende diskwalificatie was al helemaal niet te bevatten. "Die beslissing zag ik helemaal niet aankomen. Het wachten op de definitieve uitslag van de jury leek wel een eeuwigheid te duren. Dat maakte het allemaal extra spannend en zorgde voor een dubbele emotionele ontlading."
De Brabantse inbreng bij vrouwenestafetteploeg was dus groot, met Cathelijn Peeters uit Den Bosch en Nina Franke uit Heesch. Beide atletes trainen bij Prins Hendrik in Vught. “Het is voor 50 procent een Brabantse medaille”, zegt Peeters lachend.