Een tattoo nemen voor de pijn: 'Toen ik de shop inliep, viel ik flauw'
Dit verhaal is een vervolg op het verhaal van zaterdag. Daarin vertelde William hoe hij via tatoeëren zijn heftige leven achter zich liet. William was verslaafd aan drank en drugs, met tatoeëren vond hij de liefde voor zichzelf terug.
Het frustreert William dat sommige mensen tatoeëren 'verslavend' noemen. "Dat haat ik", zegt hij hoofdschuddend. “Tatoeëren doe ik uit liefde voor mezelf. Gebruiken niet", stelt hij. Bovendien heeft gebruiken een noodzaak: "Ik kon mijn bed niet uit zonder drank of drugs", legt hij uit. Tattoos hebben niet diezelfde noodzaak.
"Tja, je kon blind worden, maar ik heb wel erger meegemaakt."
Geen verslaving dus, maar William gaat wel tot het gaatje in zijn missie om heel zijn lichaam te bedekken in een inktpatroon, zelfs zijn ogen. "Ik zag het bij een andere tattooartiest, ik vond het prachtig en ik nam het.” Hoewel de meesten er niet aan moeten denken, een naald in het oog, omschrijft William het als een ‘toffe’ ervaring. "Het was spannend, maar na tien minuten stond ik weer buiten", vertelt hij. "Met zwarte ogen."
Helemaal zonder risico’s was het niet, je kunt er blind van raken. William haalt zijn schouders op. “Als ik door was gegaan met zuipen, was ik nu dood geweest”, zegt hij schamper. Hij is niet roekeloos, maar weet goed wat hij belangrijk vindt in het leven. "Ik doe mijn best om dingen te bereiken, maar als het morgen voorbij is, dan heb ik een mooi leven gehad." Zijn oprechtheid en zekerheid werken ontwapenend: wie alles al gezien heeft voor zijn dertigste, weet wat belangrijk is.
"Hoe hypocriet ook, ik zou mensen nooit adviseren een tattoo te nemen."
Zelf laat hij zich niet gek maken door het gezoem van de tattoomachine, maar zijn huid is er inmiddels wel klaar mee. Door de vele lagen inkt is zijn lichaam overgevoelig geraakt. “Het is een trauma geworden: laatst viel ik na een kwartier flauw", vertelt hij. Niet gek als je je bedenkt dat de tattoomachine zo groot is als een kam, vol met naalden die langzaam over zijn huid bewegen. Toch moet het af: "Het stoort me dat er nog huid op mijn elleboog, rib en been zichtbaar is, tussen die zwarte inkt geeft dat bijna licht."
Zo'n lichaam komt met de nodige ongemakken: "De oogscan van mijn telefoon werkt niet, en om mijn bank-app te openen moet ik foundation op doen. Als ik dan in de spiegel kijk denk ik: jeetje wie is dat?! Ook mensen op straat moeten soms wennen aan zijn uiterlijk. Hij weet meestal wel raad met gestaar of gefluister: “Naar kinderen die staren of wijzen, zwaai ik vrolijk, of ik steek mijn tong uit", lacht hij.
Alléén van zijn moeder vindt hij het belangrijk wat ze vindt. "Ze was geen fan van die extreme tattoo's in mijn gezicht in oogballen", lacht hij. Toen tijdschrift LINDA. een interview met hem wilde, draaide ze bij. "Ondanks alles is mijn moeder altijd trots geweest." Stellig voegt hij toe: "Wat de rest vindt, dat kan me gestolen worden."
"Neem niet zomaar een tattoo, zou ik anderen adviseren."
William leeft nu voor de kunst, niet voor de goedkeuring van anderen. “Vroeger droeg ik nette pantalons, een strak pak, mijn haren netjes... Mensen denken dat ik me verstop achter mijn tattoos, maar als ik foto's zie van toen, dan weet ik: juist dát was een masker. Ik zag er netjes uit, maar ging van binnen kapot."
Nu maakt hij zichzelf niet meer zwart, ten minste, niet van binnen. "Als ik in de spiegel kijk, herken ik mezelf", zegt hij. Hij denkt dat de maatschappij iets van die houding kan leren: "We schaven allemaal onze identiteit wel eens bij om ergens bij te horen, maar soms moet je je afvragen: voor wie doe je dat? Mensen met wie je niets te maken hebt? Het is belangrijk dat je altijd met jezelf in verbinding blijft."
Het tatoeëren is nu zijn hele leven, hij zet zelf ook tattoo's bij anderen onder de naam Blackbeards.ink, al verafschuwt hij de oppervlakkigheid ervan in de TikTok-tijd. Je moet niks zetten voor je twintigste. Je denkt dat je het weet, maar je weet echt niks.” Hij noemt zichzelf een opa in de scene, met een missie tegen de ‘bune-tattoos’: “Wij doen dit voor onszelf. Loop ons dan ook gewoon voorbij.”