Kitty Trepels (61) overleden: kreeg kanker en ging er het theater mee in
Als docent theater en communicatie was ze niet gewend om zelf op het podium te staan. Maar dat veranderde toen ze op 47-jarige leeftijd de diagnose uitgezaaide borstkanker kreeg. Vanaf dat moment ging ze zelf het theater in, omdat ze vond dat ze wat te vertellen had.
Bijvoorbeeld over haar huisarts, die haar eerdere twijfels niet serieus had genomen. “Ik ga dood omdat mijn huisarts destijds een mammografie weigerde en borstkanker over het hoofd zag”, zei ze daarover. Het bracht haar tot de overtuiging dat artsen beter moeten luisteren.
Vorm van verzet
Ze berekende dat al haar behandelingen de samenleving zeker twee miljoen euro hebben gekost. Dat kwam overeen met het bedrag van de onderzeeër waarover ze in een van haar solovoorstellingen vertelde. “Die had ik liever gehad dan al die behandelingen”, dacht ze toen ze hoorde over die overeenkomst.
Ondanks alle chemokuren en andere behandelingen die ze moest ondergaan, bleef ze doorgaan in het theater. Ze maakte haar voorstellingen met veel humor en verwerkte daarin haar eigen ervaringen in ziekenhuizen en met familie en vrienden. "Een vorm van verzet", noemde ze het zelf. Kankerpatiënten herkenden zichzelf in wat ze op het podium vertelde. En tegelijk opende het de ogen van haar oncologen, die bij haar voorstellingen vaak op de eerste rij zaten.
Niet opkijken tegen arts
Kitty Trepels van Mil onderging honderden chemokuren en bestralingen en werd meerdere keren geopereerd. Aan de bijwerkingen van alle behandelingen hield ze een hartkwaal over. Als hartpatiënt stond ze centraal in de documentaire ‘De slag om het vrouwenhart’ van Hella de Jonge.
Artsen wilde ze meegeven hoe belangrijk het was om patiënten even het gevoel te geven dat zij het allerbelangrijkste waren. En patiënten drukte ze op het hart om niet op te kijken tegen hun arts.
Ze had, zo liet ze regelmatig weten, een belangrijke reden om zolang mogelijk door te blijven gaan op het podium en in haar boeken. “Misschien kunnen anderen leren van wat ik meemaak.”