Onzichtbare lichtbundels boven Eindhoven versturen gigaveel data
Burgers en bedrijven zullen er voorlopig niet van kunnen profiteren, maar ooit moet dit wel het geval zijn, zo laat de TU/e hoopvol weten. Door de nieuwe techniek zouden onder meer nieuwe 5G/6G-antennes draadloos gekoppeld kunnen worden aan bestaande netwerken.
“We hebben nieuwe manieren nodig om te voldoen aan de groeiende vraag naar snelle en betrouwbare verbindingen”, zegt Vincent van Vliet, onderzoeker aan de TU/e en betrokken bij het project. Volgens hem maakt deze nieuwe techniek een ongekende groei van draadloze netwerkcapaciteit mogelijk.
Speciale antennes
Voor de proef is gebruik gemaakt van speciale optische antennes die op twee hoge daken staan. Het ene staat op een gebouw van de TU/e zelf, de andere op een gebouw van de High Tech Campus (HTC), aan de rand van Eindhoven, langs de snelweg A2.
De onderzoekers wilden hiermee aantonen dat verzenden van data mogelijk is in een stedelijke omgeving, zonder dat dit transport van buitenaf wordt beïnvloed. Zo is het gelukt om met infraroodlicht data met ‘een verbluffende snelheid’ van 5,7 terrabit per seconde te verzenden. De hoeveelheid data wordt vergeleken met 1,9 miljoen gestreamde Netflix-series in HD.
Zoiets was volgens de TU/e nog niet eerder gelukt. Dit was de snelste draadloze datatransmissie over zo’n lange afstand ooit in een stedelijke omgeving, zo concluderen wetenschappers. De afstand tussen de twee antennes is 4,6 kilometer. Die testopstellingen zullen er blijven staan, want de onderzoekers zijn nog lang niet klaar. De toekomst moet uitwijzen in hoeverre bedrijven of burgers er iets aan hebben.
Nieuwe mogelijkheden
De uitgeteste techniek bestaat al in glasvezelnetwerken. Als data draadloos, via infrarood, zo snel kan worden verstuurd, geeft dat veel nieuwe mogelijkheden. Onder meer in gebieden waar glasvezel te kostbaar of onpraktisch is. Transport van gegevens door de lucht zou dan overal ter wereld een meer dan redelijk alternatief zijn.
Ook, omdat de onderzoekers er alles aan gelegen is om de gebruikte infraroodstralen zo veilig en weerbaar mogelijk te maken. Infraroodstralen kunnen warm aanvoelen (denk aan de infraroodsauna), maar deze gebruikte stralen zijn eye-safe. Dit wil zeggen dat ze dermate zwak zijn dat je je oog recht voor de apparatuur kunt houden zonder dit te beschadigen. De bundel is echter nauwelijks zichtbaar, bovendien staan de antennes enorm hoog opgesteld.
De onderzoekers van de TU/e werken bij de test samen met Aircision, dat is gevestigd op de HTC. Dit bedrijf produceert systemen met ultrahoge capaciteit en is een afgeleide van onderzoeksinstituut TNO. In plaats van kabels of radiosignalen gebruikt Aircision infraroodlicht om gegevens te verzenden.
De onderzoeksresultaten werden eerder deze maand gepresenteerd op de Optical Fiber Communications (OFC) Conference 2025 in de Amerikaanse stad San Francisco.