'Irene Brigade heeft steentje bijgedragen'
Elk jaar kunnen steeds minder oud-strijders navertellen hoe het kleine Nederlandse leger werd ingezet bij de bevrijding. Een daarvan is de 92-jarige Ton Herbrink die in 1941 in Engeland in dienst kwam bij een slecht getrainde brigade.
Prins Bernhard
,,Op 16 maart kwam Prins Bernhard op bezoek. We waren bezig met een oefening om Congleton te verdedigen. De sergeant zei dat ik mee moest doen, maar ik was net binnen en ik wist nog helemaal niet hoe ik een geweer moest vasthouden. Ik werd achter een heg gelegd; geweer door het hek en mijn benen in de greppel. De generaal die mee was met de prins struikelde over mij. ,,Hoe lang ben jij al in dienst?'', vroeg de prins. ,,Vier dagen, zei ik en hij begon heel hard te lachen.'' ,,Een soepzooitje', noemde de prins het. Later werd de brigade wel goed georganiseerd.''
Invasie
In Engeland werden de Nederlanders klaargestoomd voor de invasie. Ze leerden met wapens omgaan, hoewel de Britten en koningin Wilhelmina het minstens even belangrijk vonden dat er Nederlanders bij zouden zijn als de geallieerde troepen eenmaal de Nederlandse grens zouden overschrijden. Dus bleven de brigadeleden aan wal tijdens D-Day. Twee maanden later, in augustus 1944, zette het leger pas koers richting Normandië om de geallieerden bij te staan.
,,We zakten af naar Londen waar we de boot naar Frankrijk namen. In het pikkedonker gingen we het kanaal in. Calais was bezet door de Duitsers. Je kon niet eens een sigaret opsteken, elk lichtje kon je verraden. Toen we in Arromanche aankwamen was er een tegenaanval van de Duitsers bezig op het bruggenhoofd. We wisten dat er parachutisten geland waren, maar hoe het precies was gegaan wisten we niet.''
De brigade trok met de geallieerde legers mee noordwaarts. Die keer dat Herbrink alleen op patrouille ging, heeft de pelotonscommandant nog lang achtervolgd. ,,Op de fiets trof ik een enorme krater aan in de weg. Daar was kennelijk een bom ontploft.'' Hij ging te voet verder, maar bij de krater raasde ineens een kogel vlak langs zijn hoofd. ,,Ik ging gelijk plat liggen. Het duurde wel een kwartier, in mijn ogen een halve eeuw, voordat de andere kant zich liet zien.'' Herbrink heeft nog steeds moeite om daarover te praten. ,,Ik heb het overleefd, hij niet.''
Aan het einde van de oorlog werd gesteggeld over de Nederlandse bijdrage aan de bevrijding van West-Europa. De invloed van de Prinses Irene Brigade was klein, maar de strijders waren bereid om hun leven te geven. ,,We hebben Pont-Audemer bevrijd en Beringen en Tilburg helpen bevrijden, een bruggenhoofd gevormd in Hedel, dan vind ik dat we wel een steentje hebben bijgedragen. Critici zullen mij een zorg zijn. Zeventig jaar Prinses Irene Brigade is een mijlpaal. Daar moeten we zuinig op zijn.''